Als belangrijkste positieve punt van het voorgaande kan worden aange merkt het relatief beperkte aantal malen dat de omstreden argumen tering als hiervoor aangegeven heeft geleid tot een afwijking van de selectie (vijf maal in vier maanden op een totaal van ongeveer 750 toewijzingen). Het is niet onwaarschijnlijk dat een rapportage als welke in deze evaluatie van de S.W.B. wordt gevraagd, ook bijdraagt tot het slechts in beperkte mate hanteren van deze weigeringsgrond 3C.Welke schriftelijk door de voordrachtencommissie voorgedragen woning eoekenden zijn door de desbetreffende woningeigenaar wel, en welke woningzoekenden zijn door de desbetreffende woningeigenaar niet als aspirant-huurders geaccepteerd (naar kenmerken woningzoekenden, kenmerken woningen en reden weigering)? De S.W.B. stelt dat, zover bij hen bekend, kandidaten die geaccepteerd zijn door de voordrachtencommissie ook geaccepteerd zijn door de eigenaar. Dit betekent in ieder geval dat de woningeigenaren niet schriftelijk gereclameerd hebben bij de S.W.B. tegen door de voordrachtencommissie voorgedragen kandidaten, maar betekent zeer waarschijnlijk ook dat alle voorgedragen kandidaten inderdaad daadwerkelijk door de des betreffende eigenaren geaccepteerd zijn (wanneer dezelfde woning weer leeggemeld wordt zonder dat de kandidaten benaderd zijn zou dit blijken bij de tweede leegmelding)Eigenlijk zou de S.W.B. op deze vraag echter een meer uitgesproken antwoord moeten kunnen geven. In de praktijk van de toewijzing moet iets dergelijks ook realiseerbaar zijn (bijvoorbeeld geen bericht binnen bepaalde tijd terug betekent accep tatie) 3D.Welke door de voordrachtencommissie schriftelijk voorgedragen en door de woningeigenaar geaccepteerde woningzoekenden hebben de woning geaccepteerd en welke woningzoekenden hebben de woning geweigerd (naar kenmerken woningzoekenden, kenmerken woningen en reden weigering)? De S.W.B. verwijst voor haar antwoord naar de beleidsinformatie van het 4e kwartaal (bijlage 2.C., blz. 1 voor de acceptaties en bijlage 2.C., bladzijde 6 voor de weigeringen). Voor een meer gedetailleerde analyse van deze informatie wordt weer verwezen naar eerder genoemde afzonderlijke notitie "ingeschreven woningzoekenden in de gemeente Breda per 1-1-1984" van de socio grafische dienst en de dienst openbare werken. Daarnaast is in 1.3A. al tamelijk uitgebreid ingegaan op de acceptaties naar huishouden/type woonruimte. Reden om hier alleen nog maar enkele hoofdpunten waar het gaat om weigeringen aan te stippen: relatief veel wordt geweigerd door studenten (4,6 aanbiedingen/geaccepteerde woning) en bejaarden (3,4 aanbiedingen/geaccepteerde woning) (totale gemiddelde: 2,3 aanbiedingen/geaccepteerde woning); bij 50% is de weigeringsgrond onbekend ("niet gereageerd" en "overig" samen), bij 40% houdt de weigering verband met de woning zelf ("te duur", "te klein", "woning niet akkoord" en "etage te hoog/te laag") en bij 10% gaat het om de buurt ("slechte buurt" en "buurt bevalt niet").

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 778