Met gebruikmaking van de juiste cijfers, zou het resultaat zijn:
7.015 x 100/60 x 100/55 x 100/96 x 2,36 51.800 bezoekers.
Het resultaat van de door ons gehanteerde (ook juiste) rekenmethode is
zoals bekend 51.400 bezoekers, zodat er vrijwel geen verschil in resul
taat tussen beide methoden aanwezig is (hetgeen uiteraard ook niet zou
mogen
Het CIMK stelt op blz. 14, dat een versterking van de oriëntatie op
hoofdwinkelcentra niet voor Breda zou gelden. Uit een toename van de
passantendrukte zou dat ook niet geconcludeerd mogen worden. Hoewel
hierover uit vergelijkbare steden nog maar vage indrukken beschikbaar
zijn, blijkt uit het in oktober 1984 gehouden onderzoek in Breda, dat er
wel degelijk sprake is van een duidelijke toename van bezoekomvang en
bestedingen, de (naar onze meningen wat te) pessimistische verwachting
van het CIMK inzake de ontwikkeling van de bestedingen ten spijt.
Op grond van bovenstaande komen wij tot de conclusiedat het CIMK een
onjuist beeld heeft gegeven over het functioneren van het kernwinkel-
apparaat met name ten aanzien van de kwaliteit van de winkelstraten, de
(veranderde) positie in het regionale verzorgingsgebied, het druktebeeld
en de bezoekomvang.
3. Het parkeren
3.1. Algemeen
In het CIMK-rapport wordt een grote inconsistentie vastgesteld in het
gemeentelijk basismateriaal. Hieruit wordt de conclusie getrokken dat
het parkeeronderzoek gebaseerd is op "drijfzand". Om hierin meer inzicht
te verkrijgen worden de gegevens nog eens op een rijtje gezet. Voor alle
duidelijkheid wordt alleen gekeken naar de pieksituatiesom vast te
stellen waaruit verschillen voortkomen.
Het parkeeronderzoek bestaat uit verschillende onderdelen:
parkeerbezetting en -duuropnamen
- parkeermotief-enquête.
De parkeerduur en parkeermotief-enquête betreffen steekproeven uit het
aantal beschikbare parkeerplaatsen in de binnenstad die later opgehoogd
zijn voor de totale parkeercapaciteit
Naast dit materiaal kan, ter controle, beschikt worden over basismateriaal
van de sociografische dienst, luchtfoto's van de binnenstad en beschik
bare kengetallen voor het parkeren in andere steden.
De totale behoeftebepaling en de evaluatie van de parkeersituatie, in de
parkeernota, is gebaseerd op de parkeermotief-enquête en de parkeerduur-
opname. Hiervoor zijn in de rapportage een aantal redenen aangegeven:
- systematische fout in parkeerbezettingopnamen
- behoeftebepaling kan het beste gebaseerd worden op één (drukste)
moment
Niet in het rapport werd vermeld dat ook van gemeentelijke zijde werd
getwijfeld over de correctheid van de parkeerbezettingopnamen. Hierover
heeft veelvuldig overleg plaatsgevonden met het onderzoeksbureau dat het
parkeeronderzoek heeft uitgevoerd. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd
in een financiële regeling voor dat deel van het onderzoek dat niet
correct bleek. Met name de opname van het aantal illegale parkeerders
bleek onvolledig en niet correct te zijn uitgevoerd.
