bijl. nr. 209
1.2 sociale lasten verlaging f 223.562,-- 11%)
De verlagingen zijn voornamelijk een
gevolg van de daling van de gemiddelde
personeelsbezetting met 7 personen en de
daling van de bruto salarissen per
1-1-1984.
3.1 Kosten vervangende arbeidskrachten en leveranties service
bureaus:
verhoging f 370.702,— 33%).
Door een te lage personeelsbezetting op bepaalde afde
lingen en door het soms tijdkritische karakter van een
aantal opdrachten in de ontwikkelingsafdeling is er in
1984 meer gebruik gemaakt van externe krachten.
3.2 Kosten personeelsbeheer:
verlaging f 167.741,-- 59%).
Doordat de bijscholing in verband met de omschakeling naar
het nieuwe operating systeem M.V.S vóór 1984 was vol
tooid, is de verlaging ten opzichte van 1983 relatief hoog
uitgevallen
3.5 Huur en onderhoud apparatuur:
verlaging f 344.093,-- 11%).
De verlaging is grotendeels het gevolg van het per
1-1-1984 afstoten van de laatste IBM 370/148 computer,
waardoor in 1984 uitsluitend is gewerkt met de op lease
basis in gebruik zijnde IBM 4341/2 computer.
4.1 Rente en afschrijving duurzame productiemiddelen:
verlaging f 273-756,-- 28%).
Een gedeelte van de gekochte computerapparatuur was per
1-1-1984 reeds volledig afgeschreven, waardoor een daling
aan rente- en afschrijvingskosten is ontstaan.
5. Direct te verrekenen leveringen en diensten:
verhoging f 442.546,-- 17%).
De stijging ten opzichte van 1983 wordt veroorzaakt door
meer huur en aankoop van P7000 minicomputers. Tegenover
deze uitgaven staan de inkomsten van post 9.5. Beide
posten zijn neutraal voor de exploitatie van het C.B.T.
7.5 Reorganisatie:
verhoging f 424.139,-- 170%).
In de reorganisatiereserve wordt het verschil gestort
tussen de rente, afschrijving en onderhoud van gekochte
computerapparatuur en de daarvoor geldende huurprijs.
Het bedrag van de storting over 1984 ad f 672.572,-- wordt
bepaald door de berekende huur zoals vermeld onder de post
3.5 huur en onderhoud koopappratuur af f 1.092.545,
minus de rente, afschrijving en onderhoud van deze appa
ratuur ad f 419.973,--, welk bedrag is begrepen in de post
4.1 duurzame productiemiddelen. De verhoging van de stor
ting in de reorganisatiereserve ten opzichte van 1983 is
- 2 -
