0 Artikel 8 De afschrijvingen op de waarde van de bezittingen van de dienst hebben plaats volgens daaromtrent te stellen regelen. Artikel 9 1. De boekhouding van de dienst wordt gevoerd naar de methode van dubbel- boekhouden 2. Zij is zodanig ingericht, dat daaruit steeds een gespecificeerd overzicht is samen te stellen van de bezittingen, vorderingen en schulden van de dienst alsmede een gespecificeerd overzicht van de resultaten, met de exploitatie bereikt. 3. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. 4. Het dagelijks bestuur kan omtrent de inrichting van de boekhouding nadere voorschriften geven. Artikel 10 1. De administateur zorgt ervoor, dat de kassier tijdig in kennis wordt ge steld van alle te doene ontvangsten en uitgaven van de dienst. 2. De administateur geeft geen betalingsopdrachten aan de kassier af, dan nadat de hieraan ten grondslag liggende rekening of andere bescheiden vanwege de directeur van de dienst voor "akkoord" en door het daartoe aan gewezen lid van de bestuurscommissie voor "gezien" zijn getekend. 3. Het tweede lid is niet van toepassing op opdrachten, betreffende de beta ling van porti, vrachten en dergelijke tot een bedrag van ten hoogste f 100,-, waarvan de voldoening geen uitstel gedoogt. 4. De administateur is belast met de maatregelen die kunnen leiden tot het invorderen van alle te ontvangen bedragen. Artikel 11 1. De kassier is, overeenkomstig de opgaven van de administateur belast met het doen van alle ontvangsten en betalingen van de dienst. 2. Deze ontvangsten en betalingen geschieden uitsluitend en onmiddellijk door middel van een rekening-courant met het stadsgewest. 3. Van de door hem gedane ontvangsten en betalingen geeft de kassier kennis aan de administateur onder overlegging van de bewijsstukken welke laatste daarvoor een ontvangstbewijs afgeeft. Artikel 12 De controle op het geldelijk beheer van de kassier en de boekhouding van de administrateur, alsmede het onderzoek naar de deugdelijkheid van de jaarlijkse rekeningen van de dienst geschieden met inachtneming van de door de gewestraad vast te stellen regelen met betrekking tot de controle op het geldelijk en het administratief beheer van de algemene dienst en de takken van dienst van het stadsgewest, alsmede tot onderzoek naar de deugdelijkheid van de terzake opgemaakte rekeningen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 1251