aan de raad der nr. 27 gemeente Breda Wlz/8610364 Voorstel van burgemeester en wet' 20-8-1986 houders het beroep van de niet- rokers bridgeclub Harten Troef ongegrond te verklaren. Op grond van de sportsubsidieverordening 1986 is ons college bevoegd verenigingen - na de Sp.A.R. gehoord te hebben - te erkennen als Bredase sportvereniging. Gebruikmakend van die bevoegdheid hebben wij de bridgeclub Harten Troef - in overeenstemming met het door de Sp.A.R. uit gebrachte advies - niet erkend, omdat de vereniging niet vol deed aan de algemeen gehanteerde erkenningseis "aangesloten zijn bij een als zodanig door de N.S.F. of, ge hoord de Sp.A.R., door burgemeester en wethouders erkende lan delijke, provinciale, regionale of plaatselijke overkoepelende organisatie" (artikel 10 subsidieverordening 1986). Tegen dit besluit is de vereniging in beroep gekomen. Het beroepschrift is tijdig ingekomen en met redenen omkleed. Het is derhalve ontvankelijk. Overeenkomstig het bepaalde in de sportsubsidieverordening is de appellant gehoord door de com missie cultuur, sport en recreatie. Het proces-verbaal van de hoorzitting op 2 september 1986 ligt ter inzage. Ingevolge het bepaalde in de sportsubsidieverordening dient binnen drie maanden na ontvangst (derhalve vóór 18 september 1986) op het beroep te worden beschikt. Als gevolg van de vakantieperiode was het niet mogelijk Uw raad een voorstel te doen toekomen vóór de vergadering van 25 sep tember. Wij hebben - op grond van de in artikel 9, lid 6 van de sport subsidieverordening 1986 opgenomen bepaling - besloten de be slissingstermijn voor het beroep te verlengen. Aan het afwijzende besluit van ons college lag ten grondslag het niet voldoen van de aanvrager aan een van de essentiële eisen die aan te erkennen verenigingen worden gesteld: - statutair tot doel hebben sportbeoefening als amateur; - aangesloten zijn bij een overkoepelende organisatie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 1492