Pacifistisch Socialistische Partij Ondergetekende, N. Garritsen, verzoekt, gelet op artikel 27 jva'ri het TC Ru regl. van orde, het kollege van B. en W. om een interpellatie^te 'SS!-'"s Vits A 1 A 7 Q Q houden over de problematiek bij de Bredase brandweer. O I O J j; 5rr-inn&4.i i.. .J fj I I - r/-.' f X INLEIDING tr.a""~ I nr' -2..CX>',i/5 De langdurige onopgeloste problemen bij de brandweer zijn zowel "VI"* i AFGfiDAAN vanuit het oogpunt van bedrijfsekonomisch funktioneren als gezien vanuit de personeelsoptiek onacceptabel. Het kollege van B. en W. en de raad hebben zich in het verleden herhaaldelijk met deze prof".' ,pn. blemen bezig gehouden, zonder dat er tot op heden oplossingen zijn gekomen die een gezond funktioneren van de brandweer tot gevolg hebben. I !'J i v.'eth -ut-.TS O Daar de situatie de laatste tijd nog ernstiger is geworden door-: - het massaal opzeggen door het vertrouwen in de kommandant I - opschorten van het overleg in de organen van de brandweer do gekozen leden van de M.C lijkt het mij noodzakelijke dat het kollege verantwoording aflegt EöSitó tegenover de raad over het gevoerde beleid en dat de raad ovqr het gevoerde beleid tot een uitspraak komt. ARBEIDSOMSTANDIGHEDENVOORWAARDEN pi' de-—— RAADSVF"^ rrNNG a-a. 3 0 OKÏ. 1985 Paraaf Kern van de problematiek ligt bij de arbeidsomstandigheden van het t brandweerpersoneel. Op 11 december 1985 heeft het kollege een werkschema met een tijdsplanning vastgesteld om de belangrijkste pro blemen op te lossen. Tot op heden ontbreekt voor de raad een duidelijk inzicht hoe het met de voortgang van deze besluiten gesteld is. Een toezegging van de burgemeester om dit onderwerp voor 23 okt. op de agenda van de kommissie A.Z. te zetten is hij niet nagekomen. OPSCHORTEN OVERLEG De situatie welke nu onstaat doordat vrijwel het voltallig personeel haar vertrouwen op heeft gezegd in de voorzitter van de M.C. is ernstig. Het arbeidsklimaat is hierdoor weer verder verslechterd. De gekozen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 1663