z^jr.; dat op J>0 juli 1 S:7cocr appellanten het definitieve ont werp veer de nieuwbouw werd ingediend bij de gemeente Hardin>:veic- Giesser.dam ter beoordeling van ce welstandscommissiedat de plan ning erop gericht is cm op 1 maart 1950 met de bouw een eanvar.g te nenen; dat de thans op de voorlopige lijst van beschermde monu menten geplaatste boerderij voer appellanten geen enkele waarde heeft; dat dit pand zo snel mogelijk moet worden geamoveerdeen en ander omdat zender sloop van de boerderij het bouwplan niet kan worden uitgevoerd; dat appellanten bereid zijn om bij even tuele afbraak van het pand waardevolle elementen hiervan om niet ter beschikking te stellen var. de Staat, opdat de bestemming hiervan nader kan werden geregeld; dat, wanneer tot plaatsing van ce boerderij op genosr.ee lijst zou worden overgegaan, dit zou be tekenen, dat de verwerving van dit onroerende goed zinloos is ge weest met alle daaruit vccrtvlceier.de financiële consequenties van cier.; dat ce boerderij in een staat van verval verkeert en als wening reeds tal van jaren niet neer wordt gebruikt; dat dia pand bovendien zeer onopvallend in een lintbebouwing naast een modern winkelpand staat; dat aan het par.c voorts in de loop eer jaren diverse verbouwingen hebben plaatsgevonden, 'waardeer de oorspronkelijke bouwstijl veer eer. groot gedeelte verloren is ge gaan; dat door de plaatsing van het pand cp meergenoemde lijst een schade van in totaal f1000C00- zal werden toegebracht; dat door de plaatsing var. net pand op de lijst van beschermde mo numenten onmiddellijk vertraging optrad in ce bouwplanning, waar door het niet meer mogelijk is cm de bouw volgens plan op 1 maart 1950 te doen starten; dat appellanten het - hangende de beslissing op het cercep - niet meer verantwoord achten om verdere kosten te maker., hetgeen erop neerkomt, dat var.af 1 september '97: als gevolg van genoemde vertraging een schade ontstaat van plusmi nus f. 3-."I,-- per maar.d, ender andere deer renteverlies van de reeds gepleegde investeringen er. kostenstijging; dat appellanten, gezien het vcrenstaar.de, verzoeker, r.iet over te gaar. tot plaat sing van het par.c Buiter.dams r.clie te Hardinzvelc-Giesser.cam. Overwegende ten aar.zier. var. ce ontvankelijkheid dat ce Staatssecretaris van Cultuur, Recreatie er. kaats:..ac- -pelijk- 5. -2- O - "t t t: q y-. V-e. e r 'n - O U,c r C Z c,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 1754