vervolgblad 3
brief d.d. 21 oktober 1986
inzake V.G.S./Kim Vastgoed/
gemeente Breda
-voor sommigen- het voortbestaan nog is verzekerd.
Indien het plaatsingsbesluitook
in hoogste instantie, wordt gehandhaafd, menen cliën
ten -en zulks mede namens de overige belanghebbenden
dat de gemeente ten volle voor de door hen geleden
schade aansprakelijk zal zijn.
Clienten ontlenen deze aansprake
lijkheid uit het feit dat zij, nu zij gedurende ruim
twee jaren in nauw en goed overleg met de gemeente aan
het nieuwbouwplan te hebben gewerkt, alle door hen
gedane investeringen en alle op realisering van het
project gebaseerde verwachtingen konden doen en konden
hebben, in het volledige vertrouwen dat dit project
diende te voldoen aan de alstoen bestaande stedebouw-
kundige eisen, aan de eisen van Welstand en aan bouw
kundige eisen. Het staat vast dat clienten in alle
opzichten aan die eisen hebben willen voldoen, en met
het op 6 juli 1986 ingediende bouwplan ook daadwerke
lijk hebben voldaan.
In het op 26 september jl. door de
President Breda gewezen vonnis in kort geding vindt U
een voldoende, op zijn minst genomen indicatie voor de
door de burgerlijke rechter voor dit geval aangenomen
aansprakelijkheid van de gemeente.
Naar mijn oordeel dient de gemeen
teraad zich van deze mogelijke aansprakelijkheid be
wust te zijn, en is het een eis van goed overheidsbe
leid dat voor deze schade -bij handhaving van het
besluit- in de gemeentebegroting een voorziening wordt
opgenomen.
3. Een zeer bedenkelijk element in
de bij de Commissie Welzijn gevoerde discussie acht ik
de opmerkingen, als zouden dit soort risico's behoren
tot het normale -en derhalve voor rekening van clien
ten komende- ondernemersrisico. Het is -anders dan de
leden van Uw Gemeenteraad kennelijk menen- het streven
van de ondernemers om dit soort risico's juist te
beperken I
Nog meer bedenkelijk acht ik de
opmerkingen, als zouden de ambtenaren van Uw gemeente
tekort zijn geschoten in hun verplichtingen om clien
ten, (duidelijk) op de risico's te wijzen.
Clienten menen dat -vanuit gemeen
telijk oogpunt- de ambtenaren geen enkel verwijt kan
worden gemaakt. Integendeel hebben zij getracht om
binnen de aan de gemeente toegemeten grenzen mee te
werken aan de ontwikkeling van een maximaal, voor de
gemeente aanvaardbaar nieuwbouwplan.