aan de raad der
gemeente Breda
Fb/8614277
cmr>r^>
Bijlage nr. 317
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot wijziging van:
a. de verordening reinigings
rechten 1984;
b. de verordening rioolrechten
1984;
zulks onder meer in verband met
de verzelfstandiging van het Enwa
Op 28 mei 1986 is het gemeentelijk energie- en waterbedrijf
verzelfstandigd tot de N.V. Energie- en Waterbedrijf Breda.
Ingevolge de "verordening reinigingsrechten 1984" en de "ver
ordening rioolrechten 1984" is het gemeentelijk energie- en
waterbedrijf de bevoegdheid gegeven tot het heffen en invorde
ren van deze rechten.
Ten gevolge van de verzelfstandiging van het Enwa zullen de be
palingen van deze verordening op dit punt redactioneel aange
past dienen te worden.
Verder hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant gevraagd de
vastgestelde verordeningen op enige onderdelen te wijzigen.
Bij deze wijziging wordt gebruik gemaakt om aan dit verzoek te
gemoet te komen.
De noodzakelijke wijzigingen kunnen als volgt worden toegelicht.
Verordening reinigingsrechten 1984
Artikel 5, derde lid, onder a. wordt op verzoek van Gedeputeer
de Staten in die zin gewijzigd dat voor de woorden "is een ver
goeding verschuldigd" wordt gelezen "wordt geheven".
Verder is artikel 5, derde lid, onder a. 1. en 2. aan de ver-
zelfstandiging van het Enwa aangepast.
Artikel 5, negende lid, sub 4., is naar aanleiding van een op
merking van Gedeputeerde Staten aangevuld met een bepaling op
grond waarvan vooraf aan belanghebbende via een begroting van
kosten wordt medegedeeld welk bedrag voor de dienstverlening
zal worden geheven. Naar aanleiding van deze mededeling kan be
langhebbende bepalen of hij al dan niet van deze dienstverle
ning gebruik zal maken. Deze uitbreiding bevordert dus de
rechtszekerheid van de belastingplichtige.
Artikel 7 wordt gewijzigd naar aanleiding van de genoemde ver
zelfstandiging.
Artikel 8 kan worden geschrapt omdat voor zover de genoemde
dienstverlening aan particulieren plaats vindt geen B.T.W. ver
schuldigd is en voor zover de dienstverlening in de onderne
mingsfeer plaats vindt in de praktijk de tarieven worden ge
heven zoals deze in de verordening zijn vastgesteld met inbe
grip van de B.T.W.
Deze bepaling is dus overbodig.