Bijlage nr. 392
Dit betekent dat de onroerend-goedbelastingen thans geheven
worden naar de waarde die op 1 januari 1984 in het algemeen aan
het onroerend goed in vrij opleverbare staat kan worden toege
kend
Artikel 273 van de gemeentewet bepaalt ook dat de heffings
grondslag wordt vastgesteld naar de toestand bij het begin van
het belastingjaar dan wel naar de toestand op een bij de belas
tingverordening te bepalen ten hoogste 5 jaren eerder vallend
tijdstip, met dien verstande dat de aldus vastgestelde hef
fingsgrondslag wordt toegepast voor ten hoogste 5 achtereen
volgende belastingjaren. Hieruit volgt dat de heffingsgrondslag
niet ouder mag zijn dan 6 jaren en dat deze voor ten hoogste 5
jaren kan worden gebruikt.
De thans gehanteerd wordende waarde in het economische verkeer
naar de toestand op 1 januari 1984 kan dus nog maar worden
gebruikt al$ grondslag van heffing tot en met het belastingjaar
1989- Voor de belastingjaren 1990 tot en met 1994 zal de hef
fingsgrondslag wettelijk noodzakelijk naar een andere peildatum
opnieuw moeten worden vastgesteld.
Het vaststellen van de waarde in het economische verkeer moet
door deskundigen plaatsvinden en is een kostbare en tijdrovende
werkzaamheid
Het binnen een beperkte tijd (minstens éénmaal per 5 jaren)
waarderen van ongeveer 59.000 objecten zou een inzet vergen van
een groot aantal deskundigen in ambtelijk verband, dan wel van
een kostbaar extern apparaat.
In ons streven om de perceptiekosten van deze belastingen
zoveel mogelijk te beperken hebben wij sinds het belastingjaar
1979 een werkpatroon ontwikkeld waarbij per taxatieronde niet
telkens alle in de gemeente gelegen onroerende goederen indivi
dueel worden gewaardeerd en waarbij de vastgestelde grondslagen
aan daarbij te stellen kwaliteitseisen kunnen voldoen.
In de verschillende tijdvakken worden daarbij of alleen de
woningen of alleen de "bijzondere gebouwen" per object gewaar
deerd en de waarde in het economische verkeer van de categorie
die niet afzonderlijk wordt vastgesteld wordt daarbij via
indexering geautomatiseerd vastgesteld.
Vanaf het belastingjaar 1979 werd de waarde in het economische
verkeer als volgt vastgesteld.
Belastingjaren Peildatum Wijze van vaststelling grondslagen
woningenbijzondere gebouwen
'1979 t/m 1981 T jan197b feitelijk geautomatiseerd op
indexbasis
1982 t/m 1984 1 jan. 1979 geautomati- feitelijk
seerd op in
dexbasis
1985 t/m 1989 1 jan. 1984 feitelijk geautomatisserd op
indexbasis
De praktijk heeft naar onze mening aangetoond dat deze gebezigde
werkmethode de toets der kritiek kan doorstaan. Zo hebben in het
belastingjaar 1985, waarin voor de eerste maal de grondslag per
- 2 -