Bij bijlage nr. 418
1. Algemene toelichting.
Aanleidingen voor de wijziging en aanvulling van de subsidiever
ordening stadsvernieuwing zijn geweest:
a. de evaluatie van het onderdeel partikuliere woningverbete
ring;
b. een nader onderzoek of steunverlening aan bedrijven dient te
worden uitgebreid;
c. het kreëren van subsidiemogelijkheden voor woningkorporaties
t.b.v. kontaktpersonen en voorlichting bij stadsvernieu-
wingaktiviteiten en de tijdelijke huisvesting van bewoners.
Voorts is in het meerjarenplan stadsvernieuwing 1987 - 1991 een
vermindering van activiteiten doorgevoerd. Deze komen onder an
dere tot uitdrukking in het gelijk blijven van het budget voor
particuliere woningverbetering tot en met 1989. Dit betekende een
verlaging ten opzichte van het MPS 1986-1990 van f 500.000,-- per
jaar. De gevolgen van deze activiteitenvermindering moesten wor
den vertaald in verlaging van diverse in de subsidieverordening
genoemde tarieven. Deze betreffen alle het gedeelte pasticuliere
woningverbetering
Tenslotte moet worden vermeld dat enkele bepalingen zijn opgeno
men welke een betere beheersing van het beschikbare budget moge
lijk moeten maken. Wat is namelijk het geval. Zowel in 1985 als
in 1986 was het budget particuliere woningverbetering in de loop
van de tweede helft van het jaar opgebruikt. Dit maakt, naast een
herschikking van de subsidiemogelijkheden waardoor een groter
deel van de doelgroep kan worden bereikt, ook een betere beheer
sing van het beschikbare budget noodzakelijk. Met name voor wat
betreft de aanvragen die tot stand komen door bemiddeling van de
woonwinkel moet voorkomen worden dat geen subsidie kan worden
verstrekt in het jaar, dat de aanvraag plaatsvindt. In die zin is
een bepaling opgenomen die het functioneren van de woonwinkel
gedurende het gehele jaar binnen redelijke grenzen mogelijk moet
maken. En voorts zal jaarlijks n.a.v. de ervaring van de voor
gaande jaren de raad worden voorgesteld een gedeelte van het
budget speciaal te bestemmen voor stadsvernieuwingsstimule
ringsgebieden
2. Toelichting op de wijzigingen in Hoofdstuk I algemene
bepalingen)
Artikel 4^
Nooit meer dan Gebleken is, dat het op basis van de oude
werkelijke kosten bepalingen mogelijk was, dat meer gesubsi-
diëerd werd dan de werkelijke kosten. Dit was
vooral het geval bij de subsidiëring op basis
van de zogenaamde "klussenlijst"
Door opname van het nieuwe lid 3 wordt nimmer
meer gesubsidiëerd dan de werkelijke kosten.