aan de raad der gemeente Breda Bijlage nr OW/8 6 0 0 3 3 0 22-1-1986 43 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het afwijzen van het verzoek van mevrouw Handstede, Burgemeester Vlaklaan 2 te Hooge Zwaluwe, om een schadevergoedingsbedrag ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening In de vergadering van 6 december 1984 heeft uw raad besloten het verzoek schrift van mevrouw Handstede, thans wonende Burgemeester Vlaklaan 2 te Hooge Zwaluwe, om schadevergoeding op basis van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (zogenaamde planschadevergoeding) ontvankelijk te verklaren. Tevens besloot uw raad in de vergadering van 6 december 1984 op grond van het bepaalde in artikel 5 lid 2 van de verordening ter regeling van de procedure bij toepassing van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (procedureverordening planschadevergoeding) een schadebeoorde- lingscommissie te benoemen om over het verzoekschrift van mevrouw Handstede advies uit te brengen. Wij hebben ons daartoe strekkend voorstel alsmede het daarbij behorende raadsbesluit voor u in de leeskamer ter inzage gelegd, alsmede het verzoekschrift van mevrouw Handstede. Op grond van het bepaalde in artikel 8 van de procedureverordening plan schadevergoeding is door de schadebeoordelingscommissie d.d. mei 1985 (ingekomen 30 mei 1985) schriftelijk rapport uitgebracht. Kortheidshalve mogen wij u naar de inhoud van dit rapport verwijzen dat wij voor u in de leeskamer ter visie hebben gelegd. De schadebeoordelingscommissie komt tot de conclusie uw raad te adviseren het verzoek van mevrouw Handstede om schadevergoeding op basis van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening af te wijzen. Ons college heeft waardering voor de wijze waarop de schadebeoordelings commissie zich van haar taak heeft gekweten en kan de beoordeling en conclusie volledig onderschrijven. In artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening wordt onder meer bepaald, dat indien en voor zover een belanghebbende ten gevolge van de bepalingen van een bestemmingsplan schade lijdt of zal lijden, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, de gemeenteraad hem op zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toekent. Mede gezien de beoordeling en de conclusies van het rapport van de schade beoordelingscommissie zijn wij van oordeel dat niet gesproken kan worden van schade ten gevolge van een bestemmingsplan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 272