gemeente Breda bij bijlage nr.: 60 «nnn? De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op het bepaalde in artikel 171 van de gemeentewet; besluit aan Wilma Bouw B.V., Kasteelsingel 10, 6001 EZ Weert, hierna te noemen Wilma, het recht van koop te verlenen op de aan de Vlaszak en de Claudius Prinsen laan gelegen en de op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaar merkte situatietekening van de dienst van openbare werken, nummer 56759, met een grijze kleur bij benadering aangeduide gedeelten van de percelen, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie B nummer 7788 en 7842, samen groot ongeveer 2.825 m2, zulks onder de volgende bedingen: 1. Het recht van koop wordt aan Wilma verleend voor de tijd van één jaar, te rekenen vanaf 1 maart 1986 tot 1 maart 1987. 2. Wilma verplicht zich in de optietermijn op basis ".van het reeds in haar opdracht vervaardigde schetsplan een bouwplan te ontwikkelen ten behoeve van de realisering van een kantoorcomplex op het haar in optie gegeven perceel grond. 3. Nadat de gemeente Breda het onder bepaling 2 bedoelde bouwplan in zijn definitieve opzet heeft geaccepteerd is Wilma verplicht vóór het einde van de optietermijn een ontvankelijke bouwaanvraag in te dienen bij de gemeente Breda voor het oprichten van het kantoorcomplex. 4. De gemeente Breda neemt op zich in de optietermijn de vereiste plano logische maatregelen te treffen die het haar mogelijk dienen te maken aan Wilma een bouwvergunning te verlenen voor het oprichten van het kantoorcomplex. 5. Ingeval bezwaar- en/of beroepschriften, danwel andere rechtsmaatregelen van derden de tijdige verlening van de vereiste bouwvergunning beletten of er oorzaak van zijn dat deze niet tijdig onaantastbaar is, wordt de optietermijn verlengd tot aan de dag, waarop de onderscheidene rechts maatregelen ongedaan gemaakt zijn, echter met dien verstande dat de verlenging niet langer duurt dan één jaar. Indien aan het eind van deze verlenging nog geen bouwvergunning kan worden verleend, treden partijen direct met elkaar in overleg en dienen zij binnen drie maanden overeen stemming te hebben bereikt over de oplossing van de ontstane situatie. 6. Ter meerdere zekerheid van de naleving van de aan deze optie verbonden voorwaarden stelt Wilma vóór de aanvang van de optietermijn een som van 208.200,(zegge: tweehonderd en achtduizend tweehonderd gulden) in handen van de gemeente Breda. Over deze som wordt aan Wilma geen rente vergoed.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 399