concepten -gezien hun relatie met de samenwerkingsovereen
komst- voor zichzelf spreken en net uitzondering van een
enkel punt geen nadere toelichting meer zullen behoeven.
IIIDE SAMENWERKINGSOVEREENKOMST
111.1. Algemeen
De bereikte overeenstemming -en daarmede de inhoud van de sa
menwerkingsovereenkomst- kan in qrote lijnen als volgt wor
den samengevat:
a. er wordt een N.V. Energie- en Waterbedrijf Breda (ce
N.V. ENWA) opgericht;
b. de gemeente Breda en de N.V. PNEM nemen deel in het
aandelenkapitaal van de N.V. ENWA;
c. de gemeente Breda zal haar aandelen volstorten door
inbreng van het Energie- en Waterbedrijf;
d. er vindt een aandelentransactie tussen de gemeente en
de N.V. PNEM plaats;
e. de gemeente leent aan de N.V. ENWA de waarde van de
inbreng, dit binnen de financieringsbehoefte van de
N.V. op lange termijn;
f. uit hoofde van de toekomstverwachtingen verkrijgt de
gemeente tevens een goodwill-vergoeding (voor de be
drijfsonderdelen electriciteit en water), een vergoe
ding voor de desintegratiekosten en een jaarlijkse
winstuitkering (voor het bedrijfsonderdeel gas);
g. ten aanzien van de inbreng van het staasverwarmingsbe-
drijf wordt de goodwill-vergoeding op nihil gesteld;
h. de modaliteiten van de rechtspositionele wijziging
van de betrokken Enwa-medewerkers worden neergelegd
in een "sociaal statuut";
i. er wordt naar gestreefd dat de energieleverinc in
enkele aanliggende gemeenten wordt gecontinueerd;
j. de nieuwe N.V. zal hetzelfde tarievenbeleid voeren
als de gemeente tot op heden heeft gevoerd;
k. bij de N.V. wordt een Raad van Commissarissen inge
steld: de cemeente is gerechtigd binnen die raad een
commissarisplaats te vervullen.
1. de samenwerkingsovereenkomst wordt aangegaan per 17
april 1986.
111.2. Toelichting op onderdelen
In deze paragraaf wordt, voorzoveel nodig, toelichting Gege
ven bij de hiervoren genoemde hoofdpunten; wij merken hier
al op, dat ten aanzien van de financiële aspecten van de
bijlage nr. 86