bijlage nr. 86
en dat tenslotte:
e. bepaald zou moeten worden welke consequenties het vo
renstaande zou hebben op de vermogens- en budgettaire
positie van de gemeente.
De punten a. tot en met d. komen hierna onder IV.3. tot en
met IV.6. aan de orde, terwijl punt e. wordt behandeld in
hoofdstuk VI.
Om te komen tot een objectieve en deskundige bepaling van
met name de hierboven onder a. tot en met d. opgesomde pun
ten is in overleg net de N.V. PNEM besloten het Accountants
kantoor van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten te ver
zoeken, terzake advies uit te brengen. Dat advies is voor U
ter inzage gelegd.
IV.2. De budgettaire neutraliteit als uitgangspunt
Het Accountantskantoor van het VNG is er bij de berekeningen
van uitgegaan, dat de transactie "budgettair neutraal" bena
derd diende te worden, hetgeen inhoudt dat zij voor Breda
als leverende partij geen nadelige budgettaire consequenties
zou dienen te hebben en voor de overnemende partij een rede
lijke exploitatiemogelijkheid zou moeten bieden zonder nade
lige gevolgen voor de gebruikers.
Naar onze mening is de hier gehanteerde benadering juist:
hierdoor wordt in elk geval voor de gemeente voorkomen, dat
de transactie op zich reeds door de verwerking daarin van
toekomstige ontwikkelingen (zie hoofdstuk I.) negatieve ge
volgen voor de gemeentelijke budgettaire capaciteit zou heb
ben. Anderzijds houdt de gekozen benadering ook in, dat uit
de nu voorliggende transactie geen negatieve consequenties
voor de gebruikers voortvloeien.
IV3De inbrengwaarde
Bij de samenwerkingsovereenkomst is bepaald dat de gemeente
alle bij de oprichting geplaatste aandelen za1 vol storten
door inbreng van alle activa en passiva welke zijn toe te
rekenen aan het Enwa-bedrijfHet is onder meer hierom no
dig, dat bepaald wordt welke waarde aan deze activa en passi
va moet worden toegekend en dat dan -gelet op het tijdstip
van effectuering- per ultimo 1985.
Overeengekomen is dat de overdracht van de vaste activa zal
geschieden tegen de boekwaarde (historische prijs minus af
schrijvingen). De aanloopverliezen van de stadsverwarming
worden geactiveerd en eveneens overgedragen. De voorraden
zullen ten behoeve van de inbreng worden gewaardeerd en met