aan de raad der
gemeente Breda
GEWIJZIGD EXEMPLAAR
Bijlage nr. 99
BJZ/8603860
13-3-1986
Voorstel van burgemeester en
wethouders inzake de toekomst
van de gemeentelijke krediet
bank.
Onder verwijzing naar de '"Beleidsnotitie inzake Gemeentelijke Krediet
bank Breda"* alsmede de nadere standpuntbepaling* van ons college
naar aanleiding van de informatieve behandeling van de notitie in
de commissie Middelen en Milieu, stellen wij Uw Raad voor om te
besluiten
a. tot vaststelling van de beleidsvoornemens en -uitgangspunten,
zoals deze zijn neergelegd in dé "Beleidsnotitie inzake Gemeente
lijke Kredietbank Breda", en de notitie voor het overige voor
kennisgeving aan te nemen;
b. reeds thans uitvoering te geven aan het beleidsvoornemen inzake
de inpassing van de gemeentelijke kredietbank binnen de
organisatie van de gemeentelijke sociale dienst, door:
- intrekking van het besluit tot aanwijzing* van de gemeentelijke
kredietbank als tak van dienst in de zin van artikel 252 van de
gemeentewet, alsmede intrekking van de verordening op het
beheer van deze tak van dienst*;
- wijziging van de verordening op het beheer van de sociale
dienst*
Omtrent de nadere uitwerking van de overige onder a. bedoelde beleids
voornemens en -uitgangspunten zullen wij U zo spoedig mogelijk voor
stellen doen. De juridische concretisering van een en ander zal met
name plaatsvinden door middel van een herziening van het reglement,
bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet op het consumptief geld-
krediet, zodat dat laatstelijk door de raad is vastgesteld in de verga
dering van 11 januari 1979.
De motieven van ons college om u voor te stellen te besluiten de gemeente
lijke kredietbank op te heffen als tak van dienst zijn de navolgende:
- het feitelijk functioneren van de kredietbank waarbij de kwetsbaarheid
gebleken is van een zeer kleine organisatie,
- de bij raadsbesluit vastgestelde noodzakelijke samenwerking tussen ge
meentelijke sociale dienst en gemeentelijke kredietbank ter uitvoering
van de nota "Lastenverlichting Bredase burgers",
- de aansluiting bij de gemeentelijke reorganisatieprocessen, waarbij grote
organisatorische eenheden worden voorgestaan,
- de aanmerkelijke extra kosten die een zelfstandig functioneren van de kre
dietbank met zich mee zouden brengen teneinde tot een adequate personele
stafbezetting te kunnen komen,
- de noodzaak om op korte termijn duidelijkheid te verschaffen voor de burgers
die gebruik (moeten) maken van de kredietbank.
Daarnaast hebben wij, teneinde het eigen gezicht van de kredietbank te waarborgen,
maatregelen genomen om een mogelijke drempelwerking te voorkomen.
Voor wat betreft de door ons voorgestelde wijzigingen van de beheersverordening
van de sociale dienst, moge ter nadere toelichting nog het volgende dienen.
In ons voorstel van 2 november 1875, tot instelling van de dienst Welzijn als
zelfstandige tak van dienst, meldden wij U reeds dat de beheersverordening van
de sociale dienst als gevolg hiervan aanpassingen diende te ondergaan.