aan de raad der
gemeente Breda
Fin/8519741
11-12-1985
Bijlage nr. 21
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot het opzeggen van
rijksleningen voor de woning
bouw, het aantrekken van nieuwe
leningen ten behoeve van het ge
meentelijk woningbedrijf en het
garanderen van door de woning
bouwvereniging St. Laurentius,
de woningbouwvereniging St.
Joseph en de Algemene woningbouw
vereniging aan te trekken vaste
leningen
In Uw vergaderingen van respectievelijk 10 oktober en 21 novem
ber jl. stelden wij Uw raad voor om in te spelen op de gunstige
rente-ontwikkelingen op de kapitaalmarkt en een aantal hoogren-
tende vaste leningen vervroegd af te lossen en daarvoor nieuwe
leningen met een aanzienlijk lager percentage af te sluiten.
Betreffende leningen zijn aangetrokken ter vaste financiering
van algemene investeringen en de stadsverwarming.
Op 20 september jl. richtte de staatssecretaris van volkshuis
vesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer zich middels een
circulaire tot de colleges van burgemeester en wethouders om
trent het vervroegd aflossen van door het rijk aan gemeenten
verstrekte leningen ter vaste financiering van woningbouw
(veelal in de woningwetsfeer) door corporaties en woningbe
drijven
Deze zogenaamde rijksleningen worden zoals gesteld aan de
gemeenten geleend en door de gemeenten in leen gegeven aan de
corporaties tegen hetzelfde percentage als het rijk berekend.
Bij de woningbedrijven geschiedt in feite hetzelfde maar dan in
de vorm van interne kapitaalverstrekking tegen het vaste rente
percentage van het rijk. De staatssecretaris gaat met die cir
culaire in op een aantal verzoeken die hij sedert medio 1983
heeft ontvangen van een aantal corporaties en gemeentebesturen
om tot vervroegde aflossing van hoogrentende rijksleningen te
mogen overgaan en zodoende te kunnen profiteren van de gunstige
rente-ontwikkelingen op de kapitaalmarkt.
Bij zijn standpuntbepalingen in deze maakt de staatssecretaris
er melding van dat het vervroegd aflossen van rijksleningen
consequenties heeft voor zowel de rijksbegroting en de kapitaal
markt als door de corporaties en de gemeenten.
