gemeente Breda
De raad van de gemeente Breda;
gezien het schrijven d.d. 7 oktober 1986 van het bestuur van
het Instituut Ziektekostenvoorziening Ambtenaren (I.Z.A.) ten
behoeve van het personeel in dienst der gemeenten in de provin
cie Noord-Brabant inzake wijziging van de IZA-regeling Noord-
Brabant
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op zijn besluit d.d. 12-8-1953 tot het aangaan van c.q.
de toetreding tot de I.Z.A.-regeling Noord-Brabant en mede ge
let op het bepaalde in artikel 32, eerste lid, dier regeling;
besluit
de IZA-regeling Noord-Brabant als volgt te wijzigen:
f
Artikel 1
In artikel 1, eerste lid, worden na wijziging van de aanduiding
van de onderdelen n., o. en p. in "o", "p" en "q", de letters
m. en n. als volgt gelezen:
"m. uitkering: een uitkering als bedoeld in de Wet uitkering
wegens vrijwillig vervroegd uittreden (Stbl. 1984, 273)
toegekend uit de betrekking waaraan het deelnemerschap in
de zin van deze regeling werd ontleend;"
"n. centraal overleg: het overleg tussen het college van ar
beldszaken van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en
de tot dat overleg toegelaten centrales van overheidsperso
neel;"
Artikel 2
Artikel 3, onder b., wordt vervangen door een nieuw sub b.,
luidende
"b. de ambtenaar, die de dienst van een gemeente in het genot
van pensioen, wachtgeld of uitkering heeft verlaten, indien
hij op de dag voorafgaande aan het ontslag deelnemer was en
aan de secretaris van het Instituut schriftelijk binnen een
maand na dat tijdstip te kennen heeft gegeven dat hij onder
volledige aanvaarding van deze regeling deelnemer wenst te
blijven;
Artikel 3
Artikel 4, tweede lid, sub b., sub d. en sub h., wordt als
volgt gewijzigd:
"b. de wethouder van een gemeente, alsmede de naar het oordeel
van het bestuur met deze vergelijkbare politieke ambtsdra
ger van een openbaar lichaam, bedoeld in het eerste lid
onder a. van dit artikel;"
Bij bijlage nr. 634