Bijlage nr. 445
waarop de gemeente een eigen beleid kan voeren. De voor ouderen
zo belangrijke zaken als de inkomenspolitiek, de woningbouw,
het energiebeleid en het beleid ten aanzien van de verzorgings
huizen zijn door de gemeente niet, of slechts zijdelings te
beïnvloeden. De belangrijkste beleidsvoornemens uit de nota
"ouderen doen mee" zijn als volgt samen te vatten:
(m.b.t. "achtergronden")
1. in het gemeentelijk beleid wordt rekening gehouden met de
snelle vergrijzing van de bevolking. Extra aandacht voor
ouderen zal in alle onderdelen van de gemeentelijke organi
satie gestalte krijgen facet-beleidAlleen waar algemene
voorzieningen onvoldoende op de specifieke behoeften van
ouderen kunnen inspelen zullen aparte voorzieningen voor
ouderen worden gerealiseerd;
2. nodig is een emancipatieproces dat erop gericht is dat
ouderen een gelijkwaardige positie innemen en gelijke kansen
hebben in de maatschappij als andere leeftijdsgroepen.
Activiteiten die de emancipatie van ouderen bevorderen
verdienen ondersteuning. Een evenredige vertegenwoordiging
van ouderen in gemeentelijke organen wordt bevorderd. De
ouderen-adviesraad heeft een belangrijke adviestaak. Gezocht
wordt naar goede wegen om ouderen te informeren en bij
beleidsont-wikkelingen te betrekken;
3. binnen het ouderenbeleid zal extra aandacht worden gegeven
aan de emancipatie van oudere vrouwen. Onderzocht wordt of
voor ouderen uit etnische groepen specifieke maatregelen
nodig zijn;
4. gelet op de slechte financiële positie van veel ouderen
dienen activiteiten en voorzieningen ook voor ouderen met de
laagste inkomens betaalbaar te blijven;
5. in de Heuvel wordt nagegaan op welke wijze met de beschik
bare middelen beter op wensen en behoeften van ouderen kan
worden ingesprongen. Vervolgens worden ook andere buurten
"doorgelicht"
(m.b.t. "wonen")
6. het beleid dat de gemeente voert m.b.t. de woonlasten-
problematiek is ook voor veel ouderen van belang.
Het omvat o.a.: isolatie, voorlichting, energiebezuiniging,
bouw van goedkope huizen, en bevorderen dat woningen zo
eerlijk mogelijk worden verdeeld;
7. subsidiemogelijkheden, die het beschikbaar komen van
woningen voor ouderen bevorderen, worden onderzocht en
benut
8. van de goedkope huurwoningen wordt in de stadsvernieuwings
gebieden en het centrum, minimaal 15% uitgevoerd als ouderen
woning. In de rest van de stad is dat minimaal 10%. De bouw
van ouderenwoningen in de vrije sector wordt gestimuleerd;
9. in buurten waar weinig of geen nieuwbouw mogelijk is wordt
achterstand weggewerkt door het aanpassen van bestaande wo
ningen. Hiervoor worden opnieuw extra gelden beschikbaar
gesteld. De woningbouwcorporaties worden uitgenodigd tot een
gezamenlijke aanpak;
- 2 -
