tLLl^L 2: Het ein.de van de huur en eventuele verkoop Huurder is verplicht om gedurende twaalf maanden vóór het einde van de huuralsmede in geval van onderhandse of openbare verkoop en elk geval vanaf het moment, van opzegging van de huurovereenkomst het gehuurde te laten bezichtigen iedere dinsdag en donderdag tussen 14.00 uur en 16.00 uur, danwel - indien het plaatselijk gebruik dit meebrengt op twee andere dagen van de week en voorts op de dag van de openbare verkoop, alsmede om gedurende deze maanden het aanbrengen van vei 11ngbi1 jettenverkoop- of verhuurborden of -biljetten toe te staan. Bij het einde van de huur is huurder verplicht te ontruimen en met inachtneming van het bepaalde bij artikel 4, vierde lid in goede staat en behoorlijk schoongemaakt ter beschikking van verhuurder te stellen, alsmede om verhuurder de sleutels ter hand te stellen. Indien verhuurder bij het einde van de huur niet tijdig de sleutels ontvangt, zal hij het recht hebben zich op kosten van de huurder toegang tot het gehuurde te verschaffen, onverminderd huurders verplichting om hem alle schade te vergoeden welke door dit. verzuim mocht ontstaan. Alle goederen, welke huurder na beëindiging van de huur in het gehuurde zal achterlaten, zullen geacht worden door hem aan verhuurder te zijn afgestaan. Verhuurder zal over deze goederen als zijn eigendom kunnen beschikken zonder daarvoor enige vergoeding aan huurder te behoeven geven o± hem daaromtrent enige verantwoording schuldig te zijn, onverminderd het recht van verhuurder om deze goederen op kosten van huurder te verwijderen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 1060