Bijlage nr.651
- 2 -
Het betrekking tot de opvolging van de aanbevelingen kan inmiddels het
volgende worden gemeld:
ad 1
het aantal interne uren in 1986 is ongeveer 30%, het streefaantal
volgens de aanbeveling;
door een wijziging in de budgettering van de middelen voor particu
liere woningverbetering (85%-stadsvernieuwingsgebieden en 15% niet-
stadsvernieuwingsgebieden) ontstaat automatisch het gewenste resultaat
met betrekking tot een striktere regulering van opdrachten van eigenaar
bewoners uit niet-stadsvernieuwingsgebieden.
ad 2.
de positie van de waarnemend ambtenaar is inmiddels versterkt door
middel van een besluit van burgemeester en wethouders waarbij de
ambtenaar is gemandateerd namens het college als aanspreekbaar figuur
voor alle zaken die opkomen en zal deze zo mogelijk - afhankelijk van
de noodzakelijke bevoegdheden - na intern beraad binnen de gemeente
zelf oplossen. Deze oplossing functioneert zowel naar de mening van de
Woonwinkel als naar de mening van de afdeling VH/SV naar tevredenheid;
inmiddels is een 6-wekelijks overleg Woonwinkel/ bouw- en woningtoe-
zicht/VH/SV opgestart;
- voorts is aan SOAB opdracht verleend de verhouding gemeente Breda-
Woonwinkel diepgaander te evalueren.
Al met al kan gesteld worden dat ondanks de door SOAB geconstateerde
negatieve punten, de oprichting van de Woonwinkel een goede greep is
geweest.
Hoe verder met de Woonwinkel
Het contract met de Woonwinkel loop 18 juli 1988 af. Gezien de resultaten
verwoord in zowel de evaluatie van de subsidieverordening als de evaluatie
van de Woonwinkel ligt het in de lijn om de Woonwinkel van gemeentewege in
stand te laten. Ook het programakkoord wijst in deze richting.
Dit betekent dat nu reeds overleg kan worden gestart met de Woonwinkel over
een vervolgovereenkomst
Wij stellen ons daartoe de volgende uitgangspunten voor:
1. overeenkomst opnieuw sluiten per 1-1-1988 voor een periode van 5 jaar;
2. het huidige subsidiebedrag ad 290.000,per jaar is de subsidie-
grens voor wat betreft de Woonwinkel-werkzaamheden óók voor de
toekomst, daarbij zal dit bedrag jaarlijks bezien worden tegen de
achtergrond van de voortgang in de stadsvernieuwing en de mogelijk
eigen middelenverwerving door de Woonwinkel, zoals genoemd onder 4;
3. afhankelijk van de resultaten van de evaluatie van de energieconsulent
en de voortzetting van die functie, dient een en ander in de overeen
komst met de Woonwinkel te worden verwerkt met een maximum van
85.000,per jaar;
4. voorts zal de Woonwinkel in die 5 jaar moeten streven naar een gedeel
telijk "eigen" inbreng van middelen onder gelijktijdige verlaging van
de gemeentelijke bijdrage.