Bijlage nr. 569
Ter zake de te kiezen beheersvorm hebben wij ons beperkt
tot een nadere analyse van de hierna aangegeven mogelijk
heden
a. gemeentelijk beleid en uitvoering, geïncorporeerd in de
dienst welzijn
De zwembaden worden beheerd door de dienstwelzijn en
alle ondersteunende taken worden vanuit de dienst
verricht. Het beleid berust bij de dienst/gemeente;
bgemeentelijke beleid, uitvoering door een stichting
Het beleid berust onverkort bij de gemeente, dienst
welzijn, evenals de activiteiten die regulier worden
verricht ten aanzien van gesubsidieerde instellingen
(o.a. beoordeling/toetsingbegroting, rekening en
bedrijfsresultaat). Een stichting beheert en exploiteert
de zwembaden. Ondersteunende taken worden verricht door
de N.V. Sportfondsenbaden Nederland (zie pagina 5) en de
gemeente (onderhoud en technisch beheer). Tevens dienen
de navolgende voorwaarden te worden aangegeven:
- de samenstelling van het bestuur en de benoeming van
de leden geschiedt door de gemeente. Maatgevend voor
de invulling van bestuurszetels is primair de betrok
kenheid en (specifieke) deskundigheid van de personen.
In meerderheid zullen bestuursleden moeten zijn geli
eerd aan de gemeente (bestuurlijk en ambtelijk), daar
naast zal een vertegenwoordiging vanuit de gebruikers
hiervan deel moeten kunnen uitmaken (b.v. 3-2-2);
- relaties met andere organisaties op het gebied van
beheer- en exploitatie door de stichting (i.e. N.V.
Sportfondsenbaden Nederland) zijn duidelijk afgebakend
waarbij aan deze instanties geen beleidsbeslissings
bevoegdheden ten aanzien van de stichting zullen
worden toegekend.
Voor beide beheersvormen is nagegaan welke consequenties
een en ander met zich meebrengt (het gaat hier met name
om financiële en personele gevolgen).
3.2 Het beschikbare budget
Sinds de eerste besluitvorming rond centraal beheer in het
kader van H.U.G.-2 heeft het budget voor de zwembaden zich
mede als gevolg van zowel de H.U.G.-maatregel als door
efficiënte bedrijfsvoering, als volgt ontwikkeld:
begroting (exclusief overhead)
1983 f 2.954.183,—
1984 f 2.960.921,—
1985 f 2. 885. 681,—
1986 f 2.683.191,—
In de begroting welzijn 1987 is voor dit doel een bedrag
van f 2.695.404,uitgetrokken. Na aftrek van H.U.G.-2
280.000,is een bedrag van 2.415.404,beschikbaar
(incl. overhead dienst welzijn).