Bij bijlage nr. 687a
Sub-commissies 2. De bestuurscommissie kan een sub-commis
sie, waarin ook personen van buiten de
commissie zitting kunnen hebben, belasten
met taken van de commissie, mits de commis
sie hiermede instemt.
Artikel 3
Samenstelling 1. Burgemeester en wethouders benoemen tot
lid van de commissie:
a. een vertegenwoordiger van het gemeente
bestuur;
b. drie personen op voordracht van de in
artikel 2, eerste lid, van het Besluit
Sociale Werkvoorziening 1969 bedoelde
algemeen erkende werknemersorganisaties;
c. een persoon op voordracht van de in ar
tikel 2, tweede lid van het Besluit
Sociale Werkvoorziening 1969 bedoelde
algemeen erkende werkgeversorganisatie;
d. de rijksconsulent voor complementaire
sociale voorzieningen in Noord-Brabant,
dan wel op diens verzoek een persoon,
door hem aangewezen uit de hem toege
voegde ambtenaren;
e. de directeur van het Gewestelijk Ar
beidsbureau te Breda, dan wel op diens
verzoek een door hem aangewezen
ambtenaar van zijn bureau.
2. Burgemeester en wethouders benoemen
voorts, de commissie gehoord, tot lid van
de commissie:
a. de directeur van de Sociaal Pedago
gische Dienst Breda e.o., dan wel, op
diens verzoek, een door hem aangewezen
medewerker van zijn dienst;
b. de directeur van de Gemeenschappelijke
Medische Dienst, dan wel, op diens ver
zoek, een door hem aangewezen medewer
ker van zijn dienst;
c. een persoon die werknemer is in de zin
van de wet, op voordracht van de opge
richte organen van overleg.
3. Burgemeester en wethouders kunnen, de
commissie gehoord, nog ten hoogste drie
andere personen tot lid van de commissie
benoemen.
Plaatsver- 1. Burgemeester en wethouders kunnen voor
vangende leden elk lid van de commissie een plaatsver
vangend lid benoemen.
- 2 -