Bij bijlage nr. 704 2. Indien in de bezoldiging, bedoeld in het eers te lid, anders dan ten gevolge van periodieke verhoging van het salaris, wijziging zou zijn gekomen wanneer de belanghebbende op die be zoldiging in dienst zou zijn gebleven, zal van de dag van Inwerkingtreding van die wij ziging af het aldus gewijzigd bedrag als be zoldiging gelden. 3. De bezoldiging wordt ten hoogste gesteld op het in het eerste lid van artikel 9 van de Coördinatiewet sociale verzekering (Stb. 1966, 64) bedoelde maximumdagloon, eventueel verhoogd of verlaagd krachtens artikel 9a van die wet, omgerekend naar een bedrag per maand gebaseerd op een gemiddeld door belangheb bende gewerkt aantal dagen per maand. 4. Indien de bezoldiging wegens verminderde werk zaamheden voorafgaande aan het ontslag lager was dan zonder verminderde werkzaamheden het geval zou zijn geweest, kunnen burgemeester en wethouders de bezoldiging ten gunste van de belanghebbende herzien. Artikel 4 In deze verordening wordt onder ontslag mede verstaan de beëindiging van een dienstbetrekking op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. Artikel 9 Recht op uit- 1. De belanghebbende aan wie ontslag is verleend kering heeft in geval van gehele of gedeeltelijke werkloosheid recht op een uitkering: a. indien hij in de periode van 12 maanden onmiddellijk voorafgaande aan het ontslag op ten minste 130 dagen in dienstbetrek king heeft gewerkt; b. zolang hij de leeftijd van 23 jaar niet heeft bereikt, indien hij aantoont tevens In een periode van 3 jaar onmiddellijk voorafgaande aan het ontslag ten minste gedurende 130 weken in dienstbetrekking van niet bijkomstige aard te zijn geweest. 2. Ten aanzien van de belanghebbende die: a. in een regelmatig arbeidspatroon op hetzij meer hetzij minder dan 5 dagen per week werkt, bedraagt het aantal dagen, waarop hij in de in het eerste lid bedoelde peri ode van 12 maanden in dienstbetrekking moet hebben gewerkt, in plaats van 130, het 26-voudige van het gemiddeld aantal volgens dat arbeidspatroon per week ge werkte dagen, evenwel niet minder dan 65; - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 1359