gb. een door burgemeester en wethouders vast te stellen,
voor elke W-groep gelijk bedrag, als bijdrage in huis
vestingskosten, anders dan kosten van huur en energie;
gceen door burgemeester en wethouders vast te stellen,
voor elke W-groep gelijk bedrag, als bijdrage in de
kosten van organisatie en activiteiten, te financieren
uit de helft van een tevoren door burgemeester en wet
houders vastgesteld totaalbudget ten behoeve van de
subsidiering van deze kosten;
gd. een bijdrage, gerelateerd aan de R.W.W.- en W.W.V.-uit
keringsdichtheid in het werkgebied van de W-groep per 1
oktober voorafgaand aan het werkjaar, volgens de gege
vens van de gemeentelijke sociografische dienst, te fi
nancieren uit de overblijvende helft van het onder punt
gcbedoelde totaalbudget.
2Deelterrein wijk- en/of buurtorganisaties.
Voorwaarden_ en .criteria.:
a. de bepalingen in paragraaf 1, punten a. tot en met e., zijn
van overeenkomstige toepassing;
b. bij de beoordeling van een verzoek om erkenning worden de
volgende criteria gehanteerd:
ba. de instelling dient blijkens haar statuten ten doel te
hebben om:
- de leefbaarheid in haar werkgebied te bevorderen in
de ruimste zin des woords, zulks in een voortdurende
wisselwerking met de bewoners van de wijk of buurt;
- in zaken, de leefbaarheid betreffende, te fungeren
als gesprekspartner in de relatie tussen de wijk of
buurt en de gemeentelijke overheid, alsmede in overi
ge voorkomende overlegsituaties;
bb. het werkgebied van de instelling dient te worden be
woond door tenminste 3000 inwoners;
bc. het werkgebied van de instelling mag niet geheel of ge
deeltelijk samenvallen met dat van een reeds erkende
instelling;
c. burgemeester en wethouders kunnen het verzoek om erkenning
voorleggen voor advies aan een of meer externe instanties;
d. de berekening van de subsidie geschiedt aan de hand van de
volgende opbouw:
da. een door burgemeester en wethouders vast te stellen,
voor elke instelling gelijk basisbedrag;
db. een door burgemeester en wethouders vast te stellen
bedrag per 1000 inwoners;
dc. een door burgemeester en wethouders vast te stellen
bedrag per 1000 inwoners als toeslag, voor wijken of
buurten met achterstandskenmerken en/of waar stads
vernieuwing, renovatie of groot-onderhoudsprojecten
worden uitgevoerd;
e. voor de berekening van het subsidiebestanddeel dat is ge
relateerd aan het aantal inwoners, wordt uitgegaan van het
aantal inwoners van een wijk of buurt per 1 mei, vooraf
gaande aan het werkjaar. Ingeval het een groeiwijk of