Grondtransactie
16. Voor de realisering van het projekt zal de gemeente uiterlijk binnen
een maand na ondertekening van deze overeenkomst "om niet" aan Primarkt
(onder de gebruikelijke voorwaarden) overdragen het haar in eigendom
toebehorende perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie F,
nummer 682, groot ca. 109 m2 en gelegen aan de Haagdijk te Breda, zoals
dat op de bij deze overeenkomst behorende en als zodanig gewaarmerkte
situatietekening van de dienst openbare werken breda, nummer 75280
(bijlage I) met grijze kleur is aangegeven.
17. Alle kosten verbonden aan de overdracht, opmeting en levering van dit
perceel komen voor rekening van Primarkt. De overdracht zal geschieden
door één van de notarissen van het notariskantoor Linders, Schonck,
Wijnands en 01de Wolbers te Breda.
Archeologische vondsten
18. Conform het bepaalde in de artikelen 24 en 25 van de Monumentenwet is
Primarkt verplicht binnen 3 dagen aan burgemeester en wethouders
melding te maken van een archeologische vondst.
Bedingen ten behoeve van de gemeente
19. Bij verkoop van de in het projekt begrepen detailhandelsruimte(n) en
woningen en het parkeerterrein, verplicht Primarkt zich in de
koop/verkoopovereenkomst(en) en in de ter uitvoering daarvan te pas
seren notariële akte(n) van transport de volgende bedingen ten behoeve
van de gemeente op te nemen:
a. de koper verplicht zich aan te sluiten op de centrale antenne
inrichting op de voorwaarden als door burgemeester en wethouders
gesteld;
b. koper moet gedogen dat palen, lantaarnpalen, kabels, draden,
isolatoren, rozetten en pijpleidingen, voor openbare doeleinden
bestemd, op, in, aan of boven het verkochte worden of zijn aan
gebracht en onderhouden, op de plaatsen waar en de wijze waarop
het college van burgemeester en wethouders dit nodig zal achten;
omtrent bedoelde plaats en wijze wordt tevoren met de eigena(a)r(en
overlegd; koper of diens rechtverkrijgenden zijn verplicht al
hetgeen krachtens deze bepaling is of wordt aangebracht te laten
bestaan.
Het aanbrengen en/of het aanwezig zijn van bovengenoemde voorwerpen
als gevolg van deze gedoogplicht doet geen recht ontstaan op
enigerlei schadevergoeding;
c. koper is verplicht bij elke vervreemding van het gehele voormelde
onroerend goed of een gedeelte daarvan, alsmede bij elke toekenning
van een zakelijk genotsrecht op het gehele onroerend goed of een
gedeelte daarvan, er voor te zorgen dat aan de opvolgende
eigen(a)r(en) of de zakelijk gerechtigde(n) de bepalingen sub
a en b worden opgelegd en worden bedongen ten behoeve van de
gemeente Breda, tenzij de bedoelde bepalingen inmiddels zijn uit
gewerkt. Bij niet-nakoming van deze bepalingen verbeurt de nalatige
partij, zonder dat enige ingebrekestelling of rechterlijke tussen
komst zal zijn vereist, ten behoeve van de gemeente Breda een
direct opeisbare en niet voor matiging vatbare boete van 10.000,-
(zegge: tienduizend gulden).
16-10-1987