Bijlage nr. 484
- 4 -
Daarna werd het mogelijk een dergelijke beslissing ook te nemen wanneer het
bestemmingsplan nog niet is goedgekeurd, maar wel de zogenaamde artikel
19-procedure is afgerond. Dit is het geval, als ook - in hoogste instan
tie - door de afdeling rechtspraak van de Raad van State is beslist over
beroepschriften op grond van de Wet administratieve rechtspraak overheids
beschikkingen (Wet Arob).
Voor de onderhavige verzoekschriften betekent dat dat hierover thans door
uw raad een beslissing kan worden genomen.
Zoals reeds bij ad 2. vermeld zijn de bestemmingsplannen woonwagenstand
plaatsen Claas Persoonsstraat en woonwagenstandplaatsen Jacob Catssingel
onherroepelijk geworden, terwijl ook de beroepschriften op grond van de Wet
Arob tegen de beschikkingen van Gedeputeerde Staten (afgifte van verkla
ringen van geen bezwaar) en ons college (bouwvergunning) met betrekking tot
de locatie Ruitersboslaan ongegrond zijn verklaard.
5De inhoudelijke beoordeling van de verzoekschriften
Op grond van het bepaalde in artikel 8 van de procedureverordening
planschadevergoeding heeft de schadebeoordelingscommissie over de
onderhavige 24 verzoeken schriftelijk rapport uitgebracht. Over de hierna
volgende 13 verzoeken heeft de schadebeoordelingscommissie een afwijzend
advies uitgebracht.
1. de heer en mevrouw Van Opstal, Jacob Catssingel 21 te Breda;
2. de heer en mevrouw Booij, Hillenraadstraat 6 te Breda;
3. mevrouw Van Ginneke, Rijnauwenstraat 262 te Breda;
4. de heer A. van Boxsel, de la Reijweg 21-23 te Breda;
5. mevrouw H. Dijs-SchonewilleJacob Catssingel 13 te Breda;
6. de heer W. van Rijnsoever, Cornelis Joosstraat 120 te Breda;
7. de heer H. Stassen, Mendelssohnlaan 12 te Breda;
8. de heer P. Oomes, Schubertlaan 19 te Breda;
9. de heer E. Polak, Esmoreitlaan 5/49, 2050 Antwerpen;
10. de heer J. Reijn, Mendelssohnlaan 10 te Breda;
11. de heer J. Tebbe, Beethovenlaan 8 te Breda;
12. mevrouw F. Houben-AraudBeethovenlaan 11 te Breda;
13. Ingredior B.V., Montenslaan 6 te Breda.
Ad 1. Verzoekers stellen dat:
de waarde en het woongenot van hun woonhuis door de realisering van
het woonwagencentrum aan de Jacob Catssingel aan de overzijde van hun
woning is gedaald;
het vrije uitzicht geheel is ontnomen;
hun pand niet meer tegen een normale en aanvaardbare prijs te verkopen
is.
Advies schadebeoordelingscommissie
Het onroerend goed van belanghebbenden is op aanvaardbare wijze gescheiden
gelegen van het woonwagencentrum. De afstand bedraagt ca. 24 meter. Het
woonhuis ligt tegenover een gasdrukregelstation en niet tegenover het
woonwagencentrum. Het directe uitzicht is dus niet gewijzigd.
De woning van belanghebbenden wordt van het woonwagencentrum gescheiden
door de voortuin van 4 m breed, de Jacob Catssingel en een door de
gemeente aangelegde, ook voorheen aanwezige, smalle groenstrook, die de
grens vormt tussen het woonwagencentrum en de Jacob Catssingel.
Wel heeft men vanuit de bovenwoning uitzicht op het woonwagencentrum.