Bijlage nr. 73^
26) - zijn met 0,555 verlaagd. Het tarief voor het afgeven van een
aanwezigheidsvergunning voor speelautomaten is niet gewijzigd daar
dit in 1986 op grond van het speelautomatenbesluit verlaagd is
moeten worden. De tarieven van f 7,50 of minder zijn niet gewijzigd,
daar door afronding de verlaging weer teniet gaat. Verder is voor de
heffing van een inschrijfgeld voor woningzoekenden en voor het
verlenen van een dagontheffing van het "palenplan binnenstad" een
nieuw artikel opgenomen.
Verhoging van enkele tarieven van de legesverordening
Het tarief voor het afgeven van een gunstige beschikking op
verzoekschriften, van een vergunning of een ontheffing, dan wel van
elk ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt,
voor zover deze niet afzonderlijk of met name in de legesverordening
zijn genoemd, is in de ontwerp-legesverordening van f 5,verhoogd
tot f 7,50 (artikel 5).
Verder is het tarief genoemd in artikel 25, onder c van de
legesverordening voor het afgeven van een vergunning tot het geven
van gelegenheid tot dansen met een geldigheidsduur van een week in
de ontwerp-legesverordening verhoogd van f 3,85 tot f 7,50. Deze
verhogingen achten wij, gelet op de werkelijke kosten van deze
dienstverlening, de hoogt van de overige in de verordening opgenomen
tarieven en de kosten van de invordering van dit bedrag zeker
gemotiveerd. Teneinde het tarief voor het afgeven van stukken als
bedoeld in artikel 5 van de "legesverordening" in redelijke
verhouding te brengen met de kosten die verband houden met de
behandeling van de verzoeken alsmede het komen tot een evenwichtige
tariefsopbouw, ware dit tarief ook in de toekomst gefaseerd te
verhogen.
Het tarief genoemd ih artikel 7 van de ontwerp-legesverordening is
verhoogd van f 22,50 tot f 25,Het tarief heeft betrekking op het
van gemeentewege doen van onderzoekingen in de onder het beheer van
de gemeente-archivaris gestelde rijksarchief. Met deze verhoging is
het uurtarief gelijk aan het tarief dat het rijk voor eenzelfde
dienstverlening in rekening brengt.
Invoering van het inschrijfgeld voor woningzoekenden
In de kadernota 1988 is op bladzijde 15 van het Algemeen deel
aangegeven, dat in het kader van de heroverwegingsoperatie enkele
maatregelen worden overwogen, die voor bepaalde groepen van de
Bredase bevolking gevolgen zullen hebben. Een van deze maatregelen
betreft de invoering van het inschrijfgeld voor woningzoekenden. Op
grond van de woonruimteverordening Breda 1987 dienen wij ten behoeve
van het verkrijgen van een inzicht in de woonruimtebehoefte en een
doelmatige verdeling van de beschikbare woningen een register van
woningzoekenden aan te leggen en bij te houden. In dit register
kunnen worden ingeschreven degenen die de leeftijd van 18 jaren
hebben bereikt of Jongere personen, als dezen in zodanige
omstandigheden verkeren dat de inschrijving op jongere leeftijd
noodzakelijk is. Wij hebben de Stichting Woonruimteverdeling Breda
aangewezen om namens ons het register van woningzoekenden aan te
leggen en bij te houden. Een verzoek om ingeschreven te worden moet