60.000,
- 7 -
Bijlage nr. 484
Ad 6. Verzoeker stelt dat:
hij tengevolge van de bepalingen van het bestemmingsplan Claas
Persoonsstraat schade lijdt, doordat zijn woning, welke in de onmiddel
lijke omgeving van het daar gevestigde woonwagencentrum ligt, aan
verkoopwaarde 20.000,a 25.000,in waarde is gedaald. Naar
zijn oordeel behoort deze schade niet, althans niet geheel te zijnen
laste te blijven.
Advies schadebeoordelingscommissie
De commissie stelt zich op het standpunt, dat van de aan de Claas Persoons
straat gerealiseerde woonwagenstandplaatsen geen waardedrukkende werking
uitgaat op de woning van de heer Van Rijnsoever.
De commissie adviseert het verzoek van belanghebbende af te wijzen.
Ad 7. Verzoeker stelt dat:
door de realisering van een woonwagencentrum aan de Ruitersboslaan een
waardedaling van zijn onroerend goed heeft plaatsgevonden van 75.000
deze prijsdalingen reeds hebben plaatsgevonden bij gerealiseerde en
voorgenomen verkopen in de omgeving;
- de schadeclaim wordt geëist op gronden van de criteria uitstralings
effect en belevingseffect van het gerealiseerde woonwagencentrum.
Advies schadebeoordelingscommissie
De commissie is van oordeel dat het onroerend goed van belanghebbende op
voldoende afstand is gelegen van het woonwagencentrum. De afstand bedraagt
ca. 155 m. Vanuit de woning heeft men geen uitzicht op de woonwagenlocatie,
zodat in redelijkheid niet kan worden volgehouden, dat het onroerend goed
van belanghebbende onontkoombaar is geconcentreerd op en betrokken bij het
woonwagencentrum.
De commissie is van oordeel dat weliswaar enige waardedrukkende werking
uitgaat van de woonwagenlocatie, welke echter gelet op het vorenstaande,
niet leidt tot een schade die voor vergoeding in aanmerking kan komen.
Ten aanzien van uitstralings- en belevingseffecten merkt de commissie op,
dat uit jurisprudentie blijkt, dat immateriële schade ten gevolge van
aantasting van het woongenot in het algemeen niet kan worden aangemerkt als
schade welke redelijkerwijs niet of niet geheel ten laste van belanghebbend
behoort te blijven. Er is de commissie in casu niet gebleken van bijzondere
omstandigheden die leiden tot afwijking van dit uitgangspunt.
De commissie adviseert het verzoek van belanghebbende af te wijzen.
Ad 8. Verzoeker stelt dat:
- de verkoopwaarde van zijn woonhuis met ondergrond gedaald is door de
realisering van het woonwagencentrum aan de Ruitersboslaan, waarbij
een percentage is genomen van 10% van de geschatte waarde, totaal
Advies schadebeoordelingscommissie
De commissie is van oordeel dat het onroerend goed van belanghebbende op
voldoende afstand is gelegen van het woonwagencentrum. De afstand bedraagt
ca. 120 m. Vanuit het woonhuis van belanghebbende heeft men geen direct
uitzicht op de woonwagenlocatie, zodat in redelijkheid niet kan worden
volgehouden, dat het onroerend goed van belanghebbende onontkoombaar is
geconcentreerd op en betrokken bij het woonwagencentrum.