Bij bijlage nr. 403
5. De aanvrager verleent aan de stichting inzage in de administratie en verstrekt
de inlichtingen welke voor de beoordeling van de doelmatigheid en de rechtma
tigheid van de besteding van de ontvangen financiële bijdrage of voorschotten
van belang kunnen zijn.
6.1 Van alle uitgaven voor zover deze volgens het financiële verslag ten laste
komen van de financiële bijdrage van de stichting, zullen bewijsstukken aan
wezig zijn ten name van de aanvrager, waaruit de aard van de geleverde goederen
of de verrichte diensten duidelijk blijkt.
6.2 De in 6.1 bedoelde stukken zullen berusten op het adres waar de boekhouding
van de aanvrager wordt bewaard.
7. Binnen twee maanden na ontvangst van de onder 4 genoemde stukken stelt de
stichting de definitieve bijdrage vast. Die bijdrage is gelijk aan de door aan
vrager werkelijk gemaakte kosten, tot maximaal de in punt 1 genoemde bedragen.
8. Indien de definitieve bijdrage lager is dan de verstrekte voorschoten maakt de
aanvrager het teveel ontvangen bedrag binnen een maand over op de rekening van
de stichting (rekeningnrt.n.v
Is de definitieve bijdrage hoger dan de verstrekte voorschotten, dan maakt de
stichting de resterende bijdrage binnen een maand over op de rekening van de
aanvrager
9.1 De stichting kan een beslissing tot voorlopige of definitieve vaststelling van
het bedrag van de financiële bijdrage geEeel of gedeeltelijk intrekken, ter be
schikking gestelde voorschotten of verleende geldelijke bijdragen geheel of
gedeeltelijk terugvorderen en/of de betrokken organisatie voor een bepaalde
tijd van verder toekenning van financiële steun van de stichting uitsluiten,
indien:
a. aan de in of krachtens dit contract gegeven voorschriften naar het oordeel
van de stichting niet of in gebrekkige mate wordt voldaan en/of
b. bij een verzoek om financiële bijdrage onjuiste gegevens blijken te zijn ver
strekt, waardoor op het verzoek om geldelijke steun een beslissing is genomen
welke anders zou hebben geluid indien de juiste gegevens zouden zijn ver
strekt.
9.2 Alvorens een beslissing te nemen op grond van het bepaalde in 9.1, wordt de be
trokken organisatie op de door de stichting te benalen wijze in de gelegenheid
gesteld om te worden gehoord.