aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr. 814
OW/8717102
Voorstel van burgemeester en wethouders tot
het bekrachtigen van de met de Stichting
Woonwinkel voor de jaren 1988 tot en met 1992
gesloten overeenkomst.
Op 27 augustus 1987 heeft uw raad besloten ons college te machtigen een
principe-overeenkomst aan te gaan met de Woonwinkel voor de jaren 1988 tot
en met 1992. Het betreffende raadsvoorstel en besluit liggen ter visie.
Uitgangspunten voor deze principe-overeenkomst zijn, conform genoemd
voorstel:
1. overeenkomst sluiten voor een periode van 5 jaar ingaande op
1 januari 1988;
2. maximale subsidie van 290.000,per jaar;
3. afhankelijk van de resultaten van de evaluatie van de energieconsulent
en de voortzetting van die functie, dient een en ander in de overeen
komst met de Woonwinkel te worden verwerkt met een maximum van
85.000,per jaar;
4. de Woonwinkel zal moeten streven naar een gedeeltelijke eigen inbreng
van middelen onder gelijktijdige verlaging van de gemeentelijke bij
drage.
Naar aanleiding van deze uitgangspunten heeft overleg met de Woonwinkel
plaatsgevonden. De resultaten van dit overleg kunnen als volgt worden
weergegeven.
Ad 1
Conform.
Ad 2
De taak van de Woonwinkel vereist een hoge mate van personele inzet.
Er ligt een taakstelling van 100 verbeteringen per jaar.
Hiervoor is een subsidiebudget beschikbaar van 1.000.000,
Dit betekent een investeringsniveau van 2.500.000,Dit is vergelijk
baar met een architectenhonorarium van 300.000,
Echter door de Woonwinkel worden meer taken verricht dan een architect
gebruikelijk doet, nog daargelaten of een architect ingaat op opdrachten
van deze schaal:
a. de begeleiding van de individuele verbeteraars is intensiever;
b. bij collectieve aanpak is een begeleidingsniveau noodzakelijk dat
op een factor 1,5 ligt van dat van de individuele begeleiding.
Het budget voor de Woonwinkel van f 290.000,gaat voor 90% op aan
personeelskosten. Gezien de taakuitoefening is dit terecht.
Dit betekent wel dat met een krap budget voor bureaukosten wordt gewerkt.
De Woonwinkel heeft daarom getracht een budgetverhoging te bedingen.
Gezien de financiële taakstelling en het krappe gemeentelijke budget is
hier niet op in kunnen gaan.