aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr. 480
BJZ/8618003- Voorstel van burgemeester en wethouders
8701817 tot aanpassing van het Reglement van orde
met betrekking tot de behandelingsproce
dure van gemeentelijke jaarrekeningen.
1Gemeentewet
Burgemeester en wethouders zijn belast met de uitvoering
van de goedgekeurde gemeentebegroting. De daarmee verband
houdende verslaglegging en verantwoording komen tot stand
via de gemeenterekening. De ten aanzien van de rekening
te volgen gang van zaken is voorgeschreven in de arti-
kelen 255 tot en met 265 van de gemeentewet.* Bedoelde
gang van zaken is op hoofdlijnen als volgt aan te geven:
a. burgemeester en wethouders doen jaarlijks verantwoor
ding aan de raad over de gemeentelijke inkomsten en
uitgaven;
b. aan deze verplichting wordt door het college uitvoe
ring gegeven door overlegging aan de raad van de hun
door de comptabele aangeboden rekening, voorzien van
onder meer het verslag naar de deugdelijkheid van de
rekening (accountantsrapport), ingesteld door de daar
toe door de raad aangewezen deskundige (van het Veri
ficatiebureau van de V.N.G.);
c. tegelijk met die overlegging aan de raad, wordt de
rekening voor eenieder - gedurende tenminste veertien
dagen - ter inzage gelegd en algemeen verkrijgbaar
gesteld, waaromtrent in het openbaar kennis dient te
worden gegeven;
d. na het onderzoek door de raad van de rekening, wordt
het bedrag van de ontvangsten en uitgaven voorlopig
vastgesteld; burgemeester en wethouders onthouden zich
van het medestemmen daarover;
e. gedeputeerde staten stellen vervolgens het laatstbe
doelde bedrag definitief vast.
2. Huidige procedure
De aan de voorlopige vaststelling van de rekening vooraf
gaande procedure is door de raad vastgelegd in de arti
kelen 52 en 55* van het Reglement van orde. Bedoelde pro
cedure bestaat uit drie fasen:
I. beleidsbeoordelingsfase
In deze fase beoordeelt en adviseert de functio
nele commissie aan de hand van de deel-)rekening
over het gevoerde beleid, waaronder begrepen de
doelmatigheid daarvan.
II. controlefase
De functionele commissie kan in deze fase nader
ingaan op het accountantsrapport, hetgeen een
rechtmatigheidstoetsing inhoudt en - zonodig -
nader terug komen op de eerste fase.