ven situatie niet noodzakelijk een definitief karakter behoeft te
dragen
Het verzoek tot schrapping van Sunny Cottage van de gemeentelijke
monumentenlijst is inmiddels bij brief van 9 oktober 1986 inge
diend. Op 10 december 1986 hebben wij besloten om het pand van de
gemeentelijke monumentenlijst af te voeren.
De belangenafweging in de reeds eerder in dit voorstel aangeduide
tweede fase heeft duidelijk gemaakt, of de bescherming van Sunny
Cottage als monument kon worden gehandhaafd. Ongeacht de uitkomst
van deze belangenafweging, kan het resultaat daarvan in ieder ge
val in dit opzicht als bevredigend worden beschouwd, dat al
le van belang zijnde aspecten daarin een rol van betekenis hebben
kunnen spelen.
Het was volledig aan de cliënten van Mr. Post om te bepalen, of
zij al dan niet gebruik zouden maken van de mogelijkheid om een
verzoek tot schrapping in te dienen. Men heeft er voor gekozen om
van deze mogelijkheid gebruik te maken. Onze overwegingen in dit
kader in het plaatsingsbesluit zijn bepaald niet bedoeld geweest
als een nadrukkelijke uitnodiging daartoe. Wij hielden het zeker
niet voor uitgesloten, dat de eigenaresse van Sunny Cottage, ge
geven het monument-zijn van het pand en de als zodanig door het
plaatsingsbesluit daaraan toegekende bescherming, zou hebben af
gezien van een verzoek tot schrapping en op zoek zou zijn gegaan
naar een gebruiksmogelijkheid waarbij het pand gehandhaafd kon
blijven. In het plaatsingsbesluit hadden wij ons reeds op voor
hand bereid verklaard, desgewenst actief medewerking te verlenen
bij het zoeken naar bedoelde gebruiksmogelijkheden.
Commissiebehandeling
Van de beraadslagingen binnen de Commissie cultuur, sport en re
creatie in de vergaderingen van 30 september 1986 en 24 februari
1987 is een beknopt verslag gemaakt, dat U bij de ter inzage lig
gende stukken aantreft.
Conclusie
Op grond van het bovenstaande stellen wij U voor om het ingestel
de beroep ongegrond te verklaren.
In het kader van een beroepsprocedure als de onderhavige, behoort
Uw raad bij het nemen van een beslissing rekening te houden met
alle van belang zijnde, gewijzigde omstandigheden. Van gewijzigde
omstandigheden is in dit geval duidelijk sprake. Wij verwijzen U
in dit verband kortheidshalve naar de overwegingen, welke wij
hebben verwerkt in ons besluit tot afvoering dd. 10 december
1986, alsmede naar ons voorstel tot ongegrondverklaring van de
tegen het besluit tot afvoering ingestelde beroepen. Deze gewij
zigde omstandigheden zijn van dien aard, dat wij menen dat het
besluit tot plaatsing - ondanks dat het daartegen ingestelde
beroep ongegrond dient te worden verklaard - niet langer meer in
stand kan blijven. Wij stellen U derhalve voor om het besluit tot
plaatsing te vernietigen.
Een lid van ons college kan zich niet met dit voorstel verenigen
voor wat betreft de ongegrondverklaring van het ingestelde be
roep. Hij is van oordeel, dat het vergevorderd stadium van het op