aan de raad der
gemeente Breda
>v 8 7 016 91
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
aanvragen en aanvaarden van steun uit 's rijks
kas ten behoeve van de bouw van 4 woningen in
de Nassaustraatalsmede tot toekenning daarvan
aan de Algemene Woningbouwvereniging Breda e.o.
alhier
Ter plaatse van de Nassaustraat 27 is door de Algemene Woningbouwvereniging
Breda e.o. een nieuwbouwplan ontwikkeld bestaande uit een etagewoning in
vier bouwlagen, totaal vier woonruimten omvattende.
De hierop betrekking hebbende bescheiden, waaronder bestektekening nr. 1*,
zijn toegezonden aan de directie van de volkshuisvesting in de provincie
Noord-Brabant te 1s-Hertogenbosch met het verzoek voor de realisering
daarvan rijkssteun toe te kennen.
Bij schrijven dd. 28 november 1986 kenmerk 1204802* is ons medegedeeld dat
met het plan wordt ingestemd en zijn afschriften van de beschikkingen
ontvangen waarbij de gebruikeliike geldelijke steun is verstrekt.
Deze bestaat uit:
- een lening ter financiering van de grond - en bouwkosten ad
477.609,
- een jaarlijkse bijdrage als bedoeld in artikel 3 van de Beschikking
geldelijke steun huurwoningen 1975.
Voor de bepaling van de bouwkosten is rekening gehouden met een bijdrage
ineens van 2.200,in de extra kosten van geluidwerende voorzieningen,
alsmede met een gemeentelijke bijdrage van 37.900,ten laste van de
reeds gevoteerde kredieten voor aankoop en verbetering van panden waarvan
de lasten zijn afgedekt binnen de begroting van de dienst openbare werken
(claim wonen) en een eigen bijdrage van genoemde corporatie van 4.000,
Voorts zijn voor de berekening van de jaarhuur de stichtingskosten nog
verlaagd met respectievelijk 56.000,en f 2.200,wegens extra bouw-
plaatskosten en extra kosten van geluidwerende voorzieningen.
De aldus berekende huurprijs komt uit op gemiddeld 415,05 per woonruimte
per maand. Daarin is niet begrepen de vergoeding voor de centrale warm
watervoorziening welke afzonderlijk in rekening zal worden gebracht.
Genoemde huurprijs en de jaarlijkse bijdrage zijn uiteraard voorlopig en
worden op basis van de uiteindelijke stichtingskosten definitief vast
gesteld.