Bijlage nr. 578
- 2 -
De regeling in het kort
De Regeling geldelijke steun voorzieningen aan huurwoningen 1987 geldt voor
voorzieningen aan huurwoningen van gemeenten, corporaties, niet winstbeogende
instellingen en particulieren.
Subsidiabel zijn de voorzieningen aan huurwoningen, die leiden tot een
verbetering van de indeling of het woongerief en maatregelen waardoor
technische gebreken aan de woning worden opgeheven of voorkomen.
Tevens worden energiebesparende maatregelen, al dan niet in samenhang met
woon- of bouwtechnische ingrepen, gesubsidieerd.
Beleid
Het woningverbeteringsbeleid van het rijk is er op gericht herstel van
bouwtechnische tekortkomingen en woontechnische verbeteringen van vooral
vooroorlogse als ook oudere naoorlogse woningen tot stand te brengen.
Het rijk verleent hiervoor subsidie aan gemeenten, die op basis van de
Woningwet verantwoordelijk zijn voor het binnen hun gebied gevoerde volks
huisvestingsbeleid
De gemeenten stellen zelf criteria op voor het verlenen van financiële steun
voor het treffen van voorzieningen aan huurwoningen. Deze criteria moeten
wel passen binnen de regeling.
Verantwoordelijkheden
De gemeente is politiek verantwoordelijk voor het lokale woningverbeterings
beleid en het budgetbeheerBudgetgemeenten dienen de uitwerking hiervan in
een subsidieverordening en in jaarlijkse verdeelverordeningen vast te
leggen. Deze verplichting tot het hebben van een verordening gaat eerst in
met ingang van 1 januari 1988. In het najaar zal uw raad een ontwerp
verordening ter vaststelling worden aangeboden.
De opdrachtgever is verantwoordelijk voor een concreet bouwplan en het
overleg met de huurders over de te treffen voorzieningen en de kosten-
kwaliteitsrelatieDe gemeente dient hier op toe te zien. Op verzoek kan de
H.I.D. voor een beperkte periode van twee jaren nog een vrijblijvend advies
geven met betrekking tot de kosten en kwaliteit van de plannen.
2BUDGETTERING
De regeling maakt een onderscheid tussen budget- en niet-budgetgemeenten
Bij de budgetgemeenten, waaronder Breda, wordt aan het begin van het jaar
een budget vastgesteld. Dit eigen budget geeft de budgetgemeenten een
grotere zekerheid over de beschikbare subsidies. De gemeenten beslissen
voorts, binnen de gestelde eisen in de regeling, over de besteding van de
budgetten en dragen de verantwoordelijkheid voor het beheer van het budget.
De budgetgemeenten kunnen gebruik maken van de flexibiliteitsregels
Zij kunnen beslissen een deel van het budget voor een bepaalde categorie
woningen te gebruiken voor een andere categorie huurwoningen. Ook kunnen
plannen met hoge investeringen per woning door goedkope plannen worden
gecompenseerd