Stadsvernieuwinqsurqentielokaties Zoals reeds vermeld in het MPS 88-92 beraden wij ons op een methode van aanwijzing van lokaties die in kwalitatief opzicht voor complexmatige aanpak in aanmerking komen. Bij de aanwijzing van dergelijke lokaties zal voor de betreffende woningen en bedrijven gedurende een bepaalde periode budget wor den gereserveerd om de integrale verbetering van dat complex mogelijk te maken. Dit zal dienen te geschieden aan de hand van een totaal plan. Daarna kan voor de verbetering van dat complex geen subsidie meer worden verkregen. Voor de niet verbeterde woningen zal na genoem de twee jaar een aanschrijving tot verbetering worden voorge steld. Methodiek De verdeling van gemeentelijke subsidies dient naast het belang van de particulier ook en zeker niet in de laatste plaats een gemeentelijk volkshuisvestingsbelang. Het gemeentelijk belang is gericht op en gebaat bij een woningbestand waarin vooral de basiskwaliteiten goed zijn. Deze dragen zorg voor de instandhou ding van de woningvoorraad op langere termijn. Noodzakelijk is daarom deze subsidies aan te wenden voor die onderdelen van de woning die instandhouding op langere termijn waarborgen Langere instandhouding wordt ook gewaarborgd door integrale com- plexgewijze aanpak door aanwijzing van stadsvernieuwingsurgentie- lokaties Collectieve aanpak op basis van particulier initiatief moet bovendien gestimuleerd worden. Zowel in stadsvernieuwings- als in niet-stadsvernieuwingsgebieden worden de subsidies nog steeds voor een aanzienlijk deel gebruikt voor woontechnische voorzieningen. Waar dit samengaat met inte grale cascoverbetering hebben wij daarmee geen problemen. Echter wanneer sprake is van (te ingrijpende) woontechnische verbeterin gen zonder dat van een integrale aanpak van het casco sprake is, is een overheidsbijdrage niet op zijn plaats. Een en ander heeft aanleiding gegeven de eerder genoemde beleids uitgangspunten opnieuw te formuleren. 1. Uitgangspunt van de regeling is de eigenaar/bewoner een bijdrage te verstrekken voor de verbetering van zijn woning zowel uit gemeentelijk als uit particulier belang; 2. Prioriteit voor de aanpak in stadsvernieuwingsstimule ringsgebieden 3. Bij de subsidiëring prioriteit stellen op: a. integrale verbetering van alle onderdelen van de woning die verbetering behoeven; b. collectieve aanpak van particuliere woningen die in eikaars nabijheid zijn gelegen; 4. Afronding van de particuliere woningverbetering door actieve aanwijzing van stadsvernieuwingsurgentielokaties met be schikbaarstelling van extra middelen. 2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 101