aan de raad der
gemeente Breda
W1z/8870064S4
gewijzigd voorstel
nr.231
Voorstel van burgemeester en
wethouders tot het beschikbaar
stellen van een krediet t.b.v.
extra projectcoördinatie i.v.m.
de afbouw van het Regionale
Woonwagencentrum Driekoningenoord
Inleiding
Op 30 juni 1988 heeft Uw raad besloten om een extern bureau in
de arm te nemen teneinde een projectplan te maken m.b.t. de
afbouw van het woonwagencentrum Driekoningenoord.
Bij het thans voorliggende pré-advies treft U het projectplan
aan, dat is opgesteld door het bureau Janssen i.s.m. het
provinciaal steunpunt Noord-Holland. Beide instanties hebben in
soortgelijke gevallen in een aantal grotere gemeenten
geadviseerd terzake de aanpak die samenhangt met de afbouw van
een groot woonwagencentrum.
Het projectplan is opgesteld na inventariserende gesprekken van
de samenstellers met vertegenwoordigers van gemeentelijke
diensten en afdelingen, woonwagenschap Breda, het woonwagenwel
zijnswerk, de integratieleerkracht en de woningbouwvereniging
Volkshuisvesting Breda.
Daarna is het concept-projectplan voor reactie en commentaar
toegestuurd aan de bij deze zaak betrokken diensten voor
commentaar. De binnengekomen reacties, die ter visie liggen,
zijn zoveel als mogelijk in het uiteindelijke projectplan
verwerkt. Daar waar in een enkel geval de reactie niet is
verwerkt, hebben de samenstellers dat in de begeleidende brief
aan ons college aangegeven.
Inhoud
De samenstellers van het projectplan geven een uitgebreide
analyse van de huidige situatie m.b.t. het woonwagengebeuren
Eén van hun belangrijkste conclusies is, dat door het bestaan
van twee bestuurslagen (woonwagenschap en gemeente Breda), de
directe bemoeienis van de gemeente met woonwagenaangelegenheden
vanwege de formele gemeenschappelijke regeling, die daaromtrent
bestaat, beperkt is geweest en dat het nu moeilijk is als de
gemeente nu ineens alle taken zou moeten overnemen. De
belangrijkste aspecten, behoudens het deconcentratieproces, die
in dit verband naar voren komen, zijn:
het beheersaspect van de lokaties en de huurwagens;
de normalisatie;
de werkgelegenheid: de beëindiging van sloopwerkzaamheden
op het kamp en het reserveren/inrichten van nieuwe
werkterreinen voor woonwagenondernemers aan de hand van de
concrete ondernemersplannen.
Verder wijzen de samenstellers van het rapport op de vele zaken
die in het licht van de normalisatie nog verder ontwikkeld
moeten worden.
De aanpak van bovengenoemde zaken vereist volgens de
samenstellers de opzet van een gemeentelijke projectorganisa-
