35. Wet openbare manifestaties stratiefrechtelijke voorzieningen open dan die ingevolge de Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen (Sib. 1975. 283). Art. 6. De burgemeester kan tijdens een samenkomst tot het belijden van gods dienst of levensovertuiging, vergadering of betoging aanw ijzingen geven, die degenen die deze houden of daaraan deelnemen in acht moeten nemen. Art. 7. De burgemeester kan aan degenen die een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging houden of daaraan deelne men opdracht geven deze terstond te beëindigen en uiteen te gaan. indien: a de vereiste kennisgeving niet is gedaan, of een verbod is gegeven; b. in strijd wordt gehandeld met een voorschrift, beperking of aanwijzing; c. een van de in artikel 2 genoemde belangen dat vordert. lil. Bepalingen voor andere dan openbare plaatsen Art. 8. 1De burgemeester kan aan degenen die een voor publiek toegankelijke vergadering of betoging op een andere dan openbare plaats houden oT daaraan deelnemen opdracht geven deze terstond te beëindigen en uiteen te gaan. indien de bescherming van de gezondheid of de bestrijding of voorkoming van w anordelijkhe den dat vordert. 2. De burgemeester en door hem aan te wijzen personen hebben toegang tot de in het eerste lid bedoelde vergaderingen en betogingen. Zonodig verschallenzij zich de toegang met behulp van de sterke arm. 3. Voor het binnentreden in een woning zonder toestemming van dc bewoner door hen die door de burgemeester zijn aangewezen, is een schriftelijke machtiging van de burgemeester vereist. 4. In de machtiging kan worden bepaald dat de houder van de machtiging zich. voor zover dit voor het doel van het binnentreden redelijkerwijs is \ereis:. Van laten vergezellen door een of meer anderen. 5. Degene die^zonder toestemming van de bewoner in een woning is binnenge treden, maakt op zijn ambtseed of -belofte een schriftelijk verslag op omtrent het binnentreden. Het verslag wordt uiterlijk op de vierde dag na die waarop in dc w oning is binnengetreden toegezonden aan de burgemeester. Een afschrift van het verslag wordt binnen dezelfde termijn aan de bewoner uitgereikt of toegezonden IV. Bijzondere bepalingen Art. 9. 1. Degenen die in de nabijheid van een gebouw in gebruik bij het Internationaal Gerechtshof, een diplomatieke vertegenwoordiging of een consulaire vertegenwoordiging een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertui ging."vergadering of betoging houden of daaraan deelnemen, onthouden zich van gearagineen die het functioneren van de desbetreffende instelling aantasten. 2. Ter bestrijding van gedragingen als bedoeld in het eerste lid kan de burge meester tijdens een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging aanwijzingen geven, die degenen die deze houden of daaraan deelnemen in acht moeten nemen. 3. Indien in strijd wordt gehandeld met een aanwijzing als bedoeld in het tweede lid en de omstandigheden het vorderen, kan de burgemeester aan degenen die een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging houden of daaraan deelnemen opdracht geven deze terstond te beëindigen en uiteen te gaan. 4. Het bepaalde in hel eerste tot en met derde lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van gebouwen in gebruik bij volkenrechtelijke organisaties, voor zover Nederland een overeenkomstige verplichting tot bescherming op zich heeft genomen als ten opzichte van de in het eerste lid genoemde instellingen 5. De in het vierde lid bedoelde gebouwen worden door Onze Ministers van Binnenlandse Zaken en van Buitenlandse Zaken in de Nederlandse Staatscourant bekendgemaakt. Art. 10. Klokgelui ter gelegenheid van godsdienstige en levensbeschouwelijke plechtigheden en lijkplechtigheden, alsmede oproepen tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, zijn toegestaan. De gemeenteraad is bevoegd ter zake regels te stellen met betrekking tot duur en geluiasniveau. V. Strafbepalingen Art. II. l.Met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft: 1.35 - 2 Bestuurlijk Onderwijs - Suppl 35 (roei 1968)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 1237