nr. 249
nota. Er wordt een uiteenzetting gegeven van de verschillende
mogelijkheden die de burger ten dienste staan om tegen beslis
singen van de overheid op te komen. Uitvoerig wordt vervolgens
nader ingegaan op de twee rechtsbeschermingsmogelijkheden, welke
binnen het raam van de doelstelling van de nota het meest
relevant moeten worden geacht: het bezwaarschrift op grond van de
wet-AROB en het beroepschrift op grond van een bijzondere
plaatselijke beroepsprocedure, neergelegd in een wet of - meestal
- in een autonome gemeentelijke verordening, bijvoorbeeld een
subsidieverordening. Uiteengezet wordt, op welke wijze in de
Bredase praktijk bezwaar- en beroepschriften worden behandeld, en
welke aspecten daarbij in meer of mindere mate als knelpunt
worden ervaren, althans niet langer meer in overeenstemming zijn
met de heersende opvattingen over hoe dergelijke procedures
dienen te worden vormgegeven. Ruim aandacht wordt bovendien be
steed aan het resultaat van een onderzoek, uitgevoerd door de RU
Groningen, naar het functioneren van bezwaarschriftenprocedures
en de rol daarin van hoor- en adviescommissies. Ook aan de be
vindingen terzake van een commissie onder leiding van oud-minis
ter de Gaay Fortman, alsmede het standpunt van de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten, wordt gerefereerd. In al deze gevallen
blijkt een duidelijke voorkeur voor het werken met een hoor- en
adviescommissie, welke ten behoeve van een zo groot mogelijke
distantie zo veel mogelijk uit onafhankelijke "buitenstaanders"
zou dienen te bestaan, met daaraan gekoppeld een ondersteunend,
centraal ambtelijk secretariaat. Daarnaast maakt de nota melding
van relevante ontwikkelingen op het gebied van wetgeving. Bij
zondere aandacht verdient in dit verband, dat naar verwachting
omstreeks 1991 een totaal herziene gemeentewet in werking zal
treden, waarin de verplichting is opgenomen om het horen en ad
viseren in het kader van aan de gemeenteraad gerichte beroep
schriften, op te dragen aan een speciaal daarvoor in te stellen
hoor- en adviescommissie.
Bij de discussienota was voorts een ontwerp gevoegd van de "Re
geling behandeling bezwaar- en beroepschriften". Het ontwerp is
het resultaat van een grondige bestudering van de ervaringen el
ders. Getracht is om tot een regeling te komen welke zoveel mo
gelijk beantwoordt aan de werkwijze, waaraan in de Bredase situ
atie behoefte wordt gevoeld. Vanzelfsprekend is in de ontwerp
regeling rekening gehouden met de in jurisprudentie en literatuur
ontwikkelde eisen en waarborgen met betrekking tot de te volgen
procedure bij de behandeling van bezwaar- en beroepschriften.
De nota is er vooral op gericht om de burger, die zich blijkens
een ingediend bezwaar- of beroepschrift te weer stelt tegen een
beslissing van het gemeentebestuur, beter dan tot nu toe het ge
val is tegemoet te treden. Aan de beoogde verbeteringen wordt
inhoud gegeven door het voorstel om in deze gevallen een meer
eenduidige behandelingsprocedure te volgen, welke voor de zich
verwerende burger met duidelijk meer waarborgen is omkleed dan
thans het geval is. Het te verwachten effect hiervan kan tweele
dig zijn. In de eerste plaats wordt de burger beter in staat ge
steld om voor zijn belangen op te komen. De extra waarborgen,
- 3 -
