- 8 -
I
hoofdlijnen voor de kanende jaren wordt ontwikkeld, van waaruit het "sekto-
raal" overleg tussen de gemeente en het toeristisch bedrijfsleven kan worden
versterkt en mogelijke aanvullingen en verbeteringen van het toeristisch
produkt Breda - mede als aanmoediging naar de partikuliere sektor - zullen
worden gepresenteerd.
Wij stellen Uw raad voor als aktiepunten met betrekking tot het toeristisch
beleid voor de komende jaren vast te stellen:
18. Bij de uitvoering van de genomen en te nemen besluiten voor de binnen
stad zal bij de invulling van "lege" terreinen en vernieuwbouw de
betekenis van het historisch centrum voor de toeristisch rekreatieve
funktie sterk worden betrokken.
19. Het ontwikkelen en uitvoeren van toeristisch-rekreatieve projekten,
zoals Galderse Meren, Vaarrouteplan Binnen Wateren West-Brabant, verdere
kwaliteitsverbetering en vergroting verscheidenheid van de verblijfs-
akkommodaties (hotellerie) e.d. zullen gestimuleerd worden.
20. Eind 1988 zal aan Uw raad een beleidsvisie op hoofdlijnen worden gepre
senteerd met voorstellen tot aanvullingen en verbetering van het toeris
tisch produkt Breda, van waaruit initiatieven van derden in de toeristi
sche sektor kunnen worden ondersteund en het overleg tussen de gemeente,
het toeristisch bedrijfsleven en de V.V.V. versterkt kan worden voortge
zet. Hierbij zullen zoveel mogelijk beschikbare gegevens van derden
worden gebruikt.
V Onderwijs en arbeidsmarkt
In hoofdstuk 13 van de nota wordt de relatie onderwijs-arbeidsmarkt aan de
orde gesteld. Deze relatie staat momenteel - ook in het kader van het sociaal-
economisch beleid - volop in de belangstelling. Deze relatie is tweeledig,
t.w.
het zorg dragen voor een adekwaat opgeleide beroepsbevolking als belang
rijke voorwaarde voor ekonomische groei en ontwikkeling;
het genereren van (technologische) kennis en de overdracht daarvan naar
het bedrijfsleven en in het bijzonder naar het Midden- en Kleinbedrijf.
Beide aspekten staan centraal in het onlangs door de commissie Dekker uitge
brachte advies terzake het door de overheid te voeren technologiebeleid.
Hoewel de direkte beïnvloedingsmogelijkheden van de lokale overheid op de hier
kort geschetste relatie onderwijs-arbeidsmarkt gering zijn, kan de gemeente
Breda als gesprekspartner en pleitbezorger op dit terrein fungeren. Als
centrumgemeente draagt zij zorg voor een goede infrastruktuur zowel ten
aanzien van het onderwijs op zich alsook in de relatie tot de ekonomische
bedrijvigheid in de regio. Als voorbeeld daarvan willen wij noemen de gemeen
telijke participatie in de C.I.O.B.-commissie, waarmee verdere verbreding en
intensivering van het informatica-onderwijs op alle nivo's wordt beoogd.
Projekten als CAD/CAM en kantoor- en winkelautomatisering zijn daarvan tast
bare resultaten.
De huidige ontwikkelingen bieden voldoende mogelijkheden on de relatie onder
wijs -arbeidsmarkt verder te versterken. Het behoeft geen nadere toelichting
dat deze versterking alleen in nauwe samenwerking met het onderwijsveld, het
bedrijfsleven en intermediaire instanties als onder meer G.A.B., C.O.A.,
K.v.K. tot stand kan worden gebracht.