nr. 258 Ten einde verdere kosten te vermijden, heeft de woningbouwvere niging besloten op dit moment geen afzonderlijk onderzoek naar dit aspect te laten uitvoeren en dit te verschuiven naar het moment dat concreet tot beëindiging van de exploitatie wordt overgegaan en een plan tot vervangende woningbouw wordt ontwik keld. In de onder punt II. weergegeven bedrijfseconomische analyse wordt een concreet voorstel gedaan tot verlaging van de boek waarde middels afboeking per 31 december 1988 en beëindiging van de exploitatie onder bepaalde financiële voorwaarden. Het complex wordt geëxploiteerd voor rekening van de algemene dienst van de gemeente Breda. Het beheer over dit complex zal door de woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda worden voortgezet, hetgeen informatie aan bewoners over het speciale karakter van dit complex zal inhouden, naast de bijzondere aandacht die de technische en financieel-economische kant van het complex vraagt, alsmede een proces van ontruiming en ver vangende woningbouw. II. EEN BEDRIJFSECONOMISCHE ANALYSE VAN DE ALUMINIUM WONINGEN. Uw raad heeft in 1981 besloten tot de bouw en exploitatie van de 66 zgn. aluminium woningen in de wijk Haagse Beemden. Essentieel in bedrijfseconomische zin van dat voorstel is dat het volledige risico door de gemeente gedragen wordt. Deze risico's bevinden zich op de volgende terreinen: 1. financiering op basis van het dynamische kostprijshuur- systeem; 2. de berekening van de huur volgens een variant van het door het rijk gevoerde dynamische kostprijssysteem; 3. de experimentele bouw; 4. de verhuurbaarheid van deze woningen, gezien de prijs/kwali teit en bewoonbaarheidsaspecten. De bedrijfseconomische evaluatie tracht de risico's aan de hand van huidige ervaringen en toekomstige verwachtingen finan cieel te vertalen, ten einde een verantwoorde besluitvorming over de te bewandelen weg mogelijk te kunnen maken. Ad 1De lening. De aanvankelijke stichtingskosten van voorliggend complex bedroegen in 1981 f 5.506.000,--. Dit bedrag is ook gefinan cierd. Het rendement van de rijksleningen bedroeg toen 11%, zodat dat percentage ook aan dit complex is toegerekend. Zowel bij kapitaalmarkt als rijksfinanciering kan conversie eerst na 10 jaar geschieden. - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 1343