S8S gemeente Breda nr. 293 De raad van de gemeente Breda; gezien het beroepschrift d.d. 25 april 1988, ingekomen 4 mei 1988, van de heer en mevrouw R.A.P. de Haan, Vriesdongen 34, 4819 EB Breda, tegen het besluit van burgemeester en wethouders d.d. 16 maart 1988 tot het weigeren van een vergunning voor het plaatsen van een erfafscheiding op perceel Vriesdongen 34, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie E, nr. 4631; overwegende, dat de weigering is gebaseerd op strijdigheid met artikel 34 van de Bouwverordening 1978; dat het beroepschrift binnen de in artikel 51, eerste lid van de Woningwet gestelde termijn is ingekomen; dat appellanten derhalve in hun beroep ontvankelijk dienen te worden verklaard gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders en met overneming van de daarin vermelde motieven; gelet op artikel 51, eerste lid van de Woningwet en de artikelen 389 en 390 van de Bouwverordening 1978; het beroep van de heer en mevrouw R.A.P. de Haan tegen het besluit tot weigering van de bouwvergunning d.d. 16 maart 1988 voor het perceel Vriesdongen 34 ongegrond te verklaren. overheidsbeschikkingen tegen dit besluit een met redenen omkleed beroep schrift kunt indienen bij de Afdeling rechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA s-Gravenhage binnen 30 dagen na verzending van dit besluit Hiervoor is in het algemeen een recht van 150,00 verschuldigd. besluit Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 2.7.- /2 - [CjffP De ijaad voornoemd, voorzitter Wij wijzen u erop,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 1556