gemeente Breda
De raad van de gemeente Breda;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 171 van de gemeentewet;
besluit
I. aan B.V. v/h Fa. L. v.d. Plas, Spoorstraat 1, 5241 EG Rosmalen, ten
behoeve van de bouw van 13 woningen te verkopen een tweetal percelen
grond ter grootte van 3.080 m2, gelegen in Kop Kievitsloop, kadastraal
bekend gemeente Breda, sectie H, nrs. 958-1202-1578 (alle ged.), zoals
op de bij dit besluit behorende situatietekening van de dienst openbare
werken nr. 58057 met grijze kleur bij benadering is aangegeven, voor de
prijs van 407.334,(zegge: vierhonderd zevenduizend driehonderd
vierendertig gulden), te verhogen met de B.T.W. volgens het op het
moment van de eigendomsoverdracht geldende B.T.W.-tarief
II. te bepalen dat de verkoop van de hiervoor onder I aangeduide perceels
gedeelten zal geschieden met inachtneming van:
a. de "algemene verkoopvoorwaarden 1979" vastgesteld bij besluit van
de raad van 19 februari 1979, doch met uitzondering van de
artikelen 3, 10, 16 en 21;
b. de volgende bijzondere verkoopvoorwaarden:
Artikel 1
a. De gemeente geeft bij verkoop van de bouwgrond geen zoge
naamde "gifvrij" of "schone grond"-verklaringen af, doch
handelt conform de op 31 oktober 1984 gepubliceerde gedrags
lijn van de gemeente Breda ten aanzien van vrijwarings
clausules bodemverontreiniging, die koper bekend is.
b. Bij ingebruikname van de percelen grond wordt koper geacht
deze volledig te kennen en deze te aanvaarden als bouwrijpe
grond, zodat koper alsdan geen aanspraak kan maken op enige
vergoeding van enigerlei schade wegens structuur, gesteld
heid, verontreiniging enz. van de bodem.
Artikel 2
a. De gemeente Breda verplicht zich zorg te dragen voor de
aanleg van de beschoeiing van het op tekening nr. 58057 met
arcering aangegeven talud.
b. Koper en diens rechtsopvolgers verplicht(en) zich zorg te
dragen voor het onderhoud van deze beschoeiing en het water
tot 1,5 m uit de beschoeiing.
c. Koper en diens rechtsopvolgers dient (dienen) bij de aanleg
van de tuin, er rekening mee te houden dat de waterspiegel de
bovenkant van de beschoeiing met ca. 50 centimeter kan
overschrijden.
d. Koper en diens rechtsopvolgers doen afstand van alle aan
spraken die zij tegenover de gemeente Breda zouden kunnen
doen gelden, wegens schade welke in enigerlei verband met de
variabele waterstanden en/of de aanlegwerkzaamheden van de
beschoeiing is ontstaan. Zij vrijwaren de gemeente voor alle
vorderingen van derden tot vergoeding van schade, welke in
enigerlei verband staat met de variabele waterstanden en/of
deze aanlegwerkzaamheden, tenzij de schade is ontstaan door
of de vordering voortspruit uit schuld aan de zijde van de
gemeente.