gemeente Breda nr. 104 De raad van de gemeente Breda; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op het bepaalde in artikel 167 van de gemeentwet, het besluit gelde lijke steun volkshuisvesting en de regeling geldelijke steun voorzieningen aan huurwoningen 1987; besluit I. voor 1988 voor de verlening van geldelijke steun voor het treffen van voorzieningen aan huurwoningen een budget beschikbaar te stellen van maximaal 5.408.300, II. a. bij de algemene dienst een fonds in te stellen genaamd "Fonds verhuis- en herinrichtingskosten"; b. de bijdragen in verhuis- en herinrichtingskosten die van het rijk worden ontvangen op grond van de Regeling geldelijke steun voor zieningen aan huurwoningen 1987 en de Regeling geldelijke steun huurwoningen normkostensysteem 1988 te aanvaarden; c. jaarlijks per 31 december in het onder a. bedoelde fonds te storten het saldo van de onder b. bedoelde bijdragen en de onder IV.l.b. te verlenen bijdragen ineens in verhuis- en herinrichtings kosten; d. jaarlijks op basis van omslagrente rente toe te voegen aan het fonds en wel naar de stand van het fonds op 1 januari; III. in verband met de inkomsten en uitgaven inzake het aanvaarden en toekennen van geldelijke steun voor het treffen van voorzieningen aan huurwoningen en verhuis- en herinrichtingskosten in 1988, vast te stellen de bij dit besluit behorende begrotingswijziging; IV. 1. het college van burgemeester en wethouders op te dragen a. het daartoe onder I vastgesteld budget te besteden door toekenning van geldelijke steun voor het treffen van voor zieningen aan huurwoningen en; b. aan huurders van een woning onder nader door het college te stellen regelenen verlenen van bijdragen ineens tot maximaal 4.500,in verhuis- en herinrichtingskosten indien aan die woning voorzieningen worden getroffen of indien die woning wordt gesloopt in het kader van de stadsvernieuwing; 2. burgemeester en wethouders wijzen een aanvraag om geldelijke steun af indien: a. met het treffen van de voorzieningen het belang van de volkshuisvesting niet of niet voldoende wordt gediend; b. de te treffen voorzieningen niet sober en doelmatig zijn; c. de kosten van de voorzieningen niet geacht kunnen worden in redelijke verhouding te staan tot het te bereiken kwaliteits niveau na de verbetering; d. en voorzover daartoe door de minister van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer geen geldelijke steun wordt toegekend en/of verleend aan de gemeente;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 496