nr. 105 Ten aanzien van de ingediende bezwaren overleggen wij het volgende. Met betrekking tot de bezwaren van de onder 1 genoemde reclamant. De vergelijking met Meubelland in Moleneind Oost gaat naar onze mening niet op. In de onderhavige aanpassing van de voorschriften gaat het om het mogelijk maken van detailhandel in volimineuze goederen op het bedrijfs terrein aan de Ettensebaan in het algemeen. Weliswaar is de vestiging van een bedrijf in de meubelsector thans aan de orde, maar dit betekent niet dat de aanpassing van de voorschriften juist vestiging van bedrijven in deze sector aan de Ettensebaan mogelijk zou maken. Bovendien heeft de rijksconsulent Handel, Ambacht en Diensten in zijn advies na de onderhavige aanpassing aan de secretaris van de Provinciale Planologische Commissie alleen bezwaren geuit over de aanverwante detailhandel in het aanverwante kleinschalige assortiment en niet tegen de detailhandel in volumineuze goederen als zodanig. Een verwijzing naar het advies van deze rijksconsulent is dan ook onjuist. Dit geldt ook voor het standpunt van de Kamer van Koophandel. Met betrekking tot de bezwaren van de onder 2 genoemde reclamant. In de aangepaste voorschriften van het ontwerp-bestemmingsplan is geen maximum opgenomen voor het aantal m2 bedrijfsvloeroppervlak dat mag worden ingericht voor detailhandel in brancheverwante kleinschalige goederen. In de voorschriften is echter wel bepaald dat alleen vrijstelling mag worden verleend nadat ons college advies heeft ingewonnen van de rijksconsulent Handel, Ambacht en Diensten en dat van dit advies alleen mag worden afge weken na een verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten. Deze bepaling betekent dat per geval moet worden bepaald welk aantal m2 bedrijfs vloeroppervlak mag worden gebruikt voor detailhandel in het brancheverwante kleinschalige assortiment. Per geval moet hierover ook advies worden ingewonnen van de genoemde rijksconsulent. Per geval kan dus zorgvuldig - immers met advies van de rijksconsulent - worden bepaald op welk aantal m2 detailhandel in kleinschalig assortiment mag plaatsvinden. Bij het verlenen van de vrijstelling welke nodig is om detailhandel in volumineuze goederen toe te staan zal bepaald worden hoeveel m2 mogen worden gebruikt voor detailhandel in het aanverwante kleinschalige assortiment. Zo zal voor het bedrijf waarvan vestiging nu aan de orde is bij de te verlenen vrijstelling worden bepaald dat maximaal 100 m2 mag worden gebruikt voor detailhandel in het kleinschalige assortiment zoals door de rijkscon sulent geadviseerd. Overigens wijzen wij er op dat het opgenomen percentage is ontleend aan de Beleidsnota Perifere Detailhandel en hiermee in overeenstemming is. Gelet op het bovenstaande stellen wij voor om de bezwaren van de onder 1 en 2 genoemde reclamanten ongegrond te verklaren en reclamant genoemd onder 3 niet ontvankelijk te verklaren. De commissie ruimtelijke ordening en grondbedrijf kan zich met dit voorstel verenigen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 501