nr. 109
Hierbij dienen zaken aan de orde te komen als de organisatie
van de informatievoorziening (de inrichting van de gegevens
registraties, het gegevensbeheer, de taken van de centrale
en decentrale informatie-functies, de overlegstructuren
e.d.), de ontwikkeling van het informatiemanagement (benodig
de kennisontwikkeling op diverse niveaus), de informatie-ar
chitectuur (technische infrastructuur, standaardisering werk
wijzen) en het financieel-economisch kader. Voor wat betreft
de informatieplanning zullen de uitgangspunten en de wijze
van aanpak dienen te worden gegeven voor de planning op cen
traal niveau en op het niveau van de takken van dienst. In
de onderhavige paragraaf wordt tenslotte nog aandacht be
steed aan het onderwerp automatisering en personeel, waarbij
verwezen wordt naar het inmiddels vastgestelde automatise
ringsstatuut en de opleidingsplannen. Verwezen wordt verder
naar paragraaf 4.2.1 van het plan.
2. In paragraaf 4.2.2 wordt de gemeentelijke informatiestruc
tuur behandeld, voortbordurend op de reeds globaal in het
automatiseringsplan 1986 aangegeven structuur van de vier
kristallisatiepunten: de middelensystemen (financiën, perso
neel en administratieve procesbeheersing) en de systemen met
betrekking tot de bestuursobjecten (vastgoed en bevolking).
Op de genoemde punten zijn reeds acties gestart, de meeste
hiervan in het kader van het werkprogramma concernfunctie.
In het kort wordt de stand van zaken bij de verschillende sy
sternen/projecten weergegeven.
3. Vervolgens wordt in paragraaf 4.2.3 een eerste aanzet gege
ven voor de wijze waarop de informatieplanning bij de takken
van dienst kan worden aangepakt. Verdere uitwerking zal
plaatsvinden in de meergenoemde projectgroep. Met name bij
de opzet van een informatieplanning zal sprake moeten zijn
van een leerproces. Startend vanuit een pragmatische aanpak,
gericht op het scheppen van ordening en overzicht en het in
beeld brengen van de knelpunten in de informatievoorziening,
resulterend in een projectenplan, kan geleidelijk toegewerkt
worden naar een meer fundamentele benadering waarbij organi
satie-onderdelen, bedrijfsprocessen, informatiesystemen en
gegevenstypen/gegevensverzamelingen in onderling verband wor
den beschouwd. Dit leerproces zal voor de onderscheidene or
ganisatie-onderdelen, door de verschillen in complexiteit en
omvang van de organisatie, de beschikbare menskracht en de
aanwezige ervaring op informatie- en automatiseringsgebied
niet identiek en in hetzelfde tempo kunnen worden doorlopen.
4. In paragraaf 4.2.4 wordt per dienstonderdeel in het kort de
stand van zaken weergegeven.
- 3 -