SOK aan de raad der gemeente Breda nr. Ill VHVB/886803303 Voorstel van burgemeester en wet houders inzake de financiële bij drage aan het gemeentelijk woning bedrijf in het kader van de finan ciële sanering en de verzelfstan diging tot woningcorporatie. I. ALGEMEEN Uw raad heeft naar aanleiding van de eerste rapportage financiële sanering gemeentelijk woningbedrijf 12 mil joen gereserveerd, waarna in het bestuurlijk overleg met het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) ook een rijksbijdrage ad 8 mil joen is toegezegd. De voorwaarden waaronder deze bijdrage wordt verstrekt, zijn genoemd in de brief van de staats secretaris d.d. 17 december 1987. Op basis hiervan wordt aan Uw raad voorgelegd een aantal hieruit voortvloeiende besluiten te nemen. Ook is door Uw raad besloten een procedure in gang te zetten om te komen tot verzelfstandi ging van het gemeentelijk woningbedrijf tot een privaat rechtelijke woningcorporatie, zijnde een Toegelaten Instel ling Volkshuisvesting volgens artikel 59 van de Woningwet. De redenen hiervoor zijn van verschillende aard. A. Regelgeving De regelgeving op het gebied van sociale woningbouw heeft ertoe geleid dat gemeentelijke woningbedrijven beheerder blijven van een steeds verder verouderend woningbestand, tenzij in onderlinge afspraak met de woningcorporaties tot een andere verdeling van nieuw- bouwcontingent is besloten. In Breda is de nieuwbouw vanaf 1970 in hoofdzaak door de woningbouwverenigingen uitgevoerd; het gemeentelijk woningbedrijf bouwde incidenteel nieuwe HAT-woning in het centrum. BFinanciële huishouding De regelgeving op het gebied van sociale woningbouw had mede door bovengenoemde werkwijze vergaande financiële consequenties voor het gemeentelijk woningbedrijf; immers reserveringen werden gedaan volgens voorschrift tegen vaste percentages van le jaarhuur van woningen, gesticht in de 50-er en 60-er jaren, terwijl de uit gaven aan groot onderhoud, renovaties, buitengewoon onderhoud tegen prijzen van de 80-er jaren dienden plaats te vinden. Tegelijkertijd bleven huren aan de verhoudingsgewijs lage kant, omdat deze ook een afge leide zijn van de oorspronkelijke stichtingskosten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 534