nr. 133 - 8 - In eerste instantie is het realiseren van verkopen daarvoor de aangewezen weg. In het voorgaande is daaraan dan ook aandacht besteed. De taakstelling voor IHM blijft echter een bepalende faktor. In 1985 werd die gesteld op een uitgifte van 13 ha per jaar tegen een prijs van f 55 m2. Daarnaast dient uit de zgn. domeingronden een netto-opbrengst te worden behaald van 75 min (berekend naar de zgn. contante waarde in 1985) Daarin is begrepen het Rijksvoorschot ad 20 min. Voor domeingronden geldt een marktconforme prijs. De boekwaarde van de gronden in het exploitatiegebied mag daarbij niet uitgaan boven 55 m2. Dit betekent dat verkopen voor een lagere prijs direct door de deelnemers dienen te worden aangevuld. Onder punt 3.1 is al aangegeven voor welke financiële pro blemen deze taakstelling de deelnemers stelt. Gelet op de moeilijke financiële positie waarin de deelnemers op dit moment zelf verkeren zijn verkopen beneden de boekwaarde dan ook in beginsel niet mogelijk. Indien de situatie herziening van dit standpunt wenselijk en mogelijk maakt dient zulks te geschieden met instemming van de deelnemers. Nagegaan moet worden of bij eventuele exploitatie-overschotten in enig jaar verrekening mogelijk is. Daarbij dient ook de vorming van een egalisatiefonds te worden betrokken. Voor het bedrag van het rijksvoorschot geldt de onder 3.1 weergegeven bena dering. Het blijkt uiterst moeilijk de verkopen op gang te brengen. Rijkssteun lijkt daarvoor nodig. Ook dient met het Rijk in overleg te worden getreden om een oplossing te vinden voor de overbrugging van de acute financiële problemen, die zeker groter zullen worden op het moment dat de geprognotiseerde verkopen in het middengebied niet worden gerealiseerd. De noodzakelijke doorberekening van het rijksvoorschot aan de deelnemers speelt daarbij een belangrijke rol. Tenslotte dient een oplossing te worden gevonden voor de uittreesom van de gemeente Hooge en Lage Zwaluwe. Bij het huidige financiële perspectief en de onmogelijkheid van de overige deelnemers om nog verdergaande risico's aan te gaan is dat vooralsnog een onoverbrugbaar probleem. Het dagelijks bestuur dient dit onderdeel met kracht en in nauw overleg met de deelnemers opnieuw bij het Rijk aan de orde te stellen. 3.8 overi_g£ £andacht£punten Voor de verbetering van de perspectieven van Moerdijk is het noodzakelijk dat er sprake is van een gecoördineerde aanpak. Dit gezamenlijk voorstel is daarvan een voorbeeld Die coördinatie dient ook overigens gerichte aandacht te krijgen. Dat geldt met name voor aktiviteiten die de deelnemers in het kader van hun reguliere taken m.b.t. Moerdijk vervullen, zoals bijvoorbeeld ten aanzien van vergunningver lening. Het tijdig plegen van overleg met het dagelijks bestuur van IHM kan daaraan een bijdrage leveren. Anderszins verdient het aanbeveling dat het dagelijks bestuur van IHM aandacht besteedt aan het opzetten van periodieke informatie naar de deelnemers over de ontwikkelingen m.b.t. IHM. Daaraan kan ook een periodiek overleg met de dage lijkse besturen van de deelnemers een bijdrage leveren. EBV3d

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 663