E. Opwaardering Breda's Studiefonds Bij raadsbesluit van 29 augustus 1985 is het college van burgemeester en wethouders gemachtigd een onderzoek te doen naar een opwaardering van het Bredaas Studiefonds en voor de toepassing daarvan voorlopig fl. 25-000,- per jaar beschikbaar te stellen. In de vergadering van het algemeen bestuur van Breda's Studiefonds d.d. 25 juni 1986 is hierover van gedachten gewisseld en is door het dagelijks bestuur toegezegd over een eventuele herwaardering van dit fonds overleg te plegen met een vertegenwoordiging van schooldekanen en met de gemeentelijke sociale dienst. Uit deze overlegsituaties kan het volgende worden medegedeeld: a. het dekanenoverleg heeft tot weinig concrete zaken geleid. In het gesprek van 28 augustus 1986 is aandacht gevraagd voor: a.l. nieuwe wet op de studiefinanciering; a.2. voorfinanciering; a.3. bijdrage in niet-subsidiabele kosten; b. een overleg met de gemeentelijke sociale dienst heeft aangetoond: b.l. nog geen ervaring met de Wet op de Studiefinanciering; b.2. onbekendheid met normen die door Breda's Studiefonds worden gehanteerd; b.3. regelmatig beroep op college van bijstand voor knelpunten ten gevolge van studie; b.A. een nauwere samenwerking tussen gemeentelijke sociale dienst en Breda's Studiefonds is mogelijk. In de vergadering van het algemeen bestuur van Stichting Breda's Studiefonds is op 25 november 1986 besloten en door burgemeester en wethouders op 11 februari 1987 akkoord verklaard: 1. Stichting Breda's Studiefonds handhaaft haar huidig beleid. 2. Streven blijft er op gericht normen voor dit fonds duidelijker op te stellen en bekend te maken. 3. Voor een proefperiode van één jaar (kalenderjaar 1987) zal de ge meentelijke sociale dienst zijn studieknelpunten met een gefundeerd advies doorgeven aan Breda's Studiefonds voor het verlenen van bij dragen fonds perdu. Zowel Sociale Dienst als Breda's Studiefonds zullen rekening houden met het budget van Breda's Studiefonds. -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 999