5 nr. 222 aan een leerwerkprojekt dient de werkloze daadwerkelijk verder te helpen op de soms lange weg naar werk. Om allerlei obstakels op deze weg als bijvoorbeeld lange wachttijden, onderling niet afgestemde c.q. overlappende programma-onderdelen enz. te voorkomen dienen zg. leer- werktrajekten te worden uitgezet. Onder een leerwerktrajekt wordt verstaan een op de persoon toegesneden programma-aanbod in een bepaalde vakrichting) waarin de programma's/programma-onderdelen van de diverse scholingsinstituten/-projekten in hun onderlinge samenhang zijn verwerkt. Oriëntatie, schakeling en kwalifikatie vormen de hoofdelementen in zo'n totaaltrajektDeze trajektbenadering wordt niet alleen vanuit de leerwerkprojekten voorgestaan. Met name de primaire beroepsgerichte volwassenenedukatie oftewel PBVE houdt zich aktief bezig met het opstellen en uitwerken van leerwerktrajekten. Ook vanuit de heroriënteringsaanpak (HOG) is aangedrongen op het ontwikkelen en uitvoeren van een geïntegreerd op de HOG-doelgroep toegesneden progamma-aanbod. Hiertoe is een zg. HOG-scholingsplatform ingesteld waarin zitting hebben het CW, het CBB, de PBVE, 't Gist (mede namens de diverse leerwerkprojekten!), de projektleider HOG en incidenteel de stichting Basisedukatie Beide - PBVE én HOG-scholingsplatform - bieden ingangen om de program ma's van de leerwerkprojekten naadloos te doen aansluiten op de reguliere (vervolg-)programma's Tenslotte kan het bereik van de doelgroep worden verbeterd door een onderling afgestemde c.q. gezamenlijke wervingsaanpak. Dit komt niet alleen de duidelijkheid naar de doelgroep ten goede, maar voorkomt ook teleurstellende ervaringen als personen niet (direkt) juist blijken te zijn geplaatst. Bovendien kan efficiënter worden gewerkt waardoor meer tijd vrijkomt voor instroom-)begeleiding enz. Met de heroriënteringsaanpak is voor langdurig werkloze personen in feite reeds zo'n centrale wervings-, intake en plaatsingsaanpak gerealiseerd. Daar met de HOG-aanpak niet de volledige doelgroep wordt bereikt, blijft een gezamenlijke wervingsaanpak van de diverse leer werkprojekten geboden. Bovendien blijkt uit de HOG-resultaten 1988 dat de toeleiding van langdurig werklozen vanuit de HOG naar de gemeente lijke i.e. voortrajektvoorzieningen (te) beperkt blijft. Besloten is dan ook om het HOG-team van gemeentewege te versterken met een zg. arbeids- en scholingskonsulent die wordt belast met de "op maat gesneden" begeleiding van die kliënten die niet (direkt) via het GAB-instrumentarium worden bereikt c.q. op het gemeentelijk instrumen tarium (CBB-LWP) zijn aangewezen. Bij de werving van deelnemers zullen de leerwerkprojekten nauw met deze funktionaris moeten samenwerken. Voor alle in bovenstaande kort aangeduide maatregelen geldt dat het draagvlak van de leerwerkprojekten dient te worden verbreed door relevante organisaties zoals CW, CBB, PBVE en GAB hier direkt bij te betrekken. Zonder deze direkte betrokkenheid zullen deze maatregelen weinig effekt sorteren. In onderstaande paragraaf wordt hier nog nader op in gegaan. 4.2. Het onderbrengen van de leerwerkprojekten in één inhoude- lijk-organisatorisch verband. Er is reeds op gewezen dat het gegeven dat elk leerwerkprojekt in een eigen organisatievorm i.e. stichting is ondergebracht een effektieve en efficiente aanpak belemmert. Zowel op bestuurs- alsook uitvoerings- nivo doen zich vergelijkbare knelpunten voor. De oplossing van deze knelpunten vragen om een gezamenlijke aanpak. Zo'n gezamenlijke aanpak

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 1085